Trolando Schreef:
——————————————————-
> > Kan je niet met teksten komen die je stelling
> > onderbouwen dat je na je dood nog kan bekeren?
>
> Ja hoor, Matteüs 25:46. De Farizeeën leerden een
> aidios timoria (qua-tijd-oneindige
> straf-uit-wraak/retributie) en een ateleutetos
> (eindeloze) timoria, maar Jezus gebruikt een hele
> opvallende constructie: aionios kolasis. Aionios
> is een Griekse weergave van het Hebreeuwse ‘olam’
> wat is een onbepaalde ongedeelde tijdsperiode
> (dus: van onbepaalde lengte, vaak een lange
> periode), zie ook
> http://christelijkuniversalisme.wordpress.com/2011
> /09/17/aioon-aionios/ en de literatuur waar ik
> naar verwijs. Kolasis wordt in verschillende
> teksten vóór en ná het ontstaan van het N.T.
> met timoria vergeleken en gedefinieerd als een
> straf-tot-bekering, een
> straf-ten-goede-van-de-dader, een correctie-straf,
> een kastijding. Zie ook
> http://christelijkuniversalisme.wordpress.com/2011
> /10/14/kolazo-straffen-ter-correctie/ voor de
> verdediging hiervan.
>
> Kortom, Jezus leert hier een straf gericht op
> bekering. De stelling die jij verdedigd wil zien
> is dat je na je dood je nog kan bekeren. Over de
> periode tussen de dood en het oordeel kan ik geen
> uitspraak doen. Na het oordeel zijn er twee
> groepen mensen, namelijk degenen in het paradijs
> en degenen in het vuur. Degenen in het paradijs
> zijn reeds bekeerd, degenen in het vuur zijn daar
> om bekeerd te worden. Ergo: ja. Maar als je
> vervolgens zou stellen dat je dan net zo goed je
> pas na de dood zou bekeren, dan zou ik zeggen:
> nee, waarom zou je daarmee wachten als je weet dat
> je dan in een vuur komt?
Dat vers laat juist zien dat de straf van degene die verloren gaan net zo lang is als de beloning van de rechtvaardigen en dat de ondergang van degene die verloren gaan hun straf is.