samuel Schreef:
> >
> > Aan de vruchten zal je hen herkennen, niet aan
> de
> > titel die ze zichzelf geven.
> > God zal je niet vragen, ben je jood of christen
> of
> > boeddhist of islamiet of mysticus of gnosticus
> of
> > wat nog allemaal.
>
> Oh ja hoe weet je dat dan dat Hij je dat niet zal
> vragen, onderbouw het eens uit de Bijbel?
God is geen hokjesdenker zoals de mens, hij ziet slechts het hart aan; de reinheid ervan.
Dat zal de scheiding bepalen van de schapen en de bokken.
Denk niet dat de schapen de ‘gelovige christenen zijn’ en de bokken alle andere.Dat zou getuigen van een grote arrogantie en hoogmoed..
Hij zal je dit vragen nadat Hij gekomen is :
31 En wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid, en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op den troon Zijner heerlijkheid.
32 En voor Hem zullen al de volken vergaderd worden, en Hij zal ze van elkander scheiden, gelijk de herder de schapen van de bokken scheidt.
33 En Hij zal de schapen tot Zijn rechter hand zetten, maar de bokken tot Zijn linker hand.
34 Alsdan zal de Koning zeggen tot degenen, die tot Zijn rechter hand zijn: Komt, gij gezegenden Mijns Vaders! beërft dat Koninkrijk, hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld.
35 Want Ik ben hongerig geweest, en gij hebt Mij te eten gegeven; Ik ben dorstig geweest, en gij hebt Mij te drinken gegeven; Ik was een vreemdeling, en gij hebt Mij geherbergd.
36 Ik was naakt, en gij hebt Mij gekleed; Ik ben krank geweest, en gij hebt Mij bezocht; Ik was in de gevangenis, en gij zijt tot Mij gekomen.
37 Dan zullen de rechtvaardigen Hem antwoorden, zeggende: Heere! wanneer hebben wij U hongerig gezien, en gespijzigd, of dorstig, en te drinken gegeven?
38 En wanneer hebben wij U een vreemdeling gezien, en geherbergd, of naakt en gekleed?
39 En wanneer hebben wij U krank gezien, of in de gevangenis, en zijn tot U gekomen?
40 En de Koning zal antwoorden en tot hen zeggen: Voorwaar zeg Ik u: Voor zoveel gij dit een van deze Mijn minste broeders gedaan hebt, zo hebt gij dat Mij gedaan.
41 Dan zal Hij zeggen ook tot degenen, die ter linker hand zijn: Gaat weg van Mij, gij vervloekten, in het eeuwige vuur, hetwelk den duivel en zijn engelen bereid is.
42 Want Ik ben hongerig geweest, en gij hebt Mij niet te eten gegeven; Ik ben dorstig geweest, en gij hebt Mij niet te drinken gegeven;
43 Ik was een vreemdeling; en gij hebt Mij niet geherbergd; naakt, en gij hebt Mij niet gekleed; krank, en in de gevangenis, en gij hebt Mij niet bezocht.
44 Dan zullen ook dezen Hem antwoorden, zeggende: Heere, wanneer hebben wij U hongerig gezien, of dorstig, of een vreemdeling, of naakt, of krank, of in de gevangenis, en hebben U niet gediend?
45 Dan zal Hij hun antwoorden en zeggen: Voorwaar zeg Ik u: Voor zoveel gij dit een van deze minsten niet gedaan hebt, zo hebt gij het Mij ook niet gedaan.
46 En dezen zullen gaan in de eeuwige pijn; maar de rechtvaardigen in het eeuwige leven.
Helderder kan het niet!
>
> > Hij zal je niet vragen naar al je bijbelkennis,
>
> > hij zal je heus daarop niet testen.
> > Maar God zal je vragen om rekenschap af te
> leggen
> > over je daden en Hij zal jou vragen hoe Lief je
> de
> > mensheid had en of je Hem herkend hebt in het
> > gelaat van de ander.
>
> Ja zal Hij vragen hoe lief je de mensheid had, of
> zal Hij vragen hoe lief je Hem had, of zal Hij
> vragen hoe lief je Zijn Zoon had?
> Onderbouw je statement eens Bijbels?
Zie ook boven.
Je kan maar de mensheid werkelijk lief hebben als je Hem liefhebt, de ‘werken’ die je doet of je handelingen zullen hiervan getuigen.
Het volledig hoofdstuk 14 van Johannes gaat hierover:
1 Laat uw hart niet in beroering raken; u gelooft in God, geloof ook in Mij.
2 In het huis van Mijn Vader zijn veel woningen; als dat niet zo was, zou Ik het u gezegd hebben. Ik ga heen om een plaats voor u gereed te maken.
3 En als Ik heengegaan ben en plaats voor u gereedgemaakt heb, kom Ik terug en zal u tot Mij nemen, opdat ook u zult zijn waar Ik ben.
4 En waar Ik heen ga, weet u, en de weg weet u.
5 Thomas zei tegen Hem: Heere, wij weten niet waar U heen gaat, en hoe kunnen wij de weg weten?
6 Jezus zei tegen hem: Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij.
7 Als u Mij gekend had, zou u ook Mijn Vader gekend hebben; en van nu af kent u Hem en hebt u Hem gezien.
8 Filippus zei tegen Hem: Heere, laat ons de Vader zien en het is ons genoeg.
9 Jezus zei tegen hem: Ben Ik zo'n lange tijd bij u, en kent u Mij niet, Filippus? Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien; en hoe kunt u dan zeggen: Laat ons de Vader zien?
10 Gelooft u niet dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is? De woorden die Ik tot u spreek, spreek Ik niet uit Mijzelf, maar de Vader, Die in Mij blijft, Die doet de werken.
11 Geloof Mij, dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is, en zo niet, geloof Mij dan om de werken zelf.
12 Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie in Mij gelooft, zal de werken die Ik doe, ook doen, en hij zal grotere doen dan deze, want Ik ga heen naar Mijn Vader.
13 En wat u ook zult vragen in Mijn Naam, dat zal Ik doen, opdat de Vader in de Zoon verheerlijkt zal worden.
14 Als u iets vragen zult in Mijn Naam, Ik zal het doen.
15 Als u Mij liefhebt, neem dan Mijn geboden in acht.
16 En Ik zal de Vader bidden, en Hij zal u een andere Trooster geven, opdat Hij bij u blijft tot in eeuwigheid,
17 namelijk de Geest van de waarheid, Die de wereld niet kan ontvangen, want zij ziet Hem niet en kent Hem niet, maar u kent Hem, want Hij blijft bij u en zal in u zijn.
18 Ik zal u niet als wezen achterlaten; Ik kom weer naar u toe.
19 Nog een korte tijd en de wereld zal Mij niet meer zien, maar u zult Mij zien, want Ik leef en u zult leven.
20 Op die dag zult u inzien dat Ik in Mijn Vader ben, en u in Mij, en Ik in u.
21 Wie Mijn geboden heeft en die in acht neemt, die is het die Mij liefheeft, en wie Mij liefheeft, hem zal Mijn Vader liefhebben; en Ik zal hem liefhebben en Mijzelf aan hem openbaren.
22 Judas, niet de Iskariot, zei tegen Hem: Heere, hoe komt het dat U Zichzelf aan ons zult openbaren en niet aan de wereld?
23 Jezus antwoordde en zei tegen hem: Als iemand Mij liefheeft, zal hij Mijn woord in acht nemen; en Mijn Vader zal hem liefhebben, en Wij zullen naar hem toe komen en bij hem intrek nemen.
24 Wie Mij niet liefheeft, neemt Mijn woorden niet in acht; en het woord dat u hoort, is niet van Mij, maar van de Vader, Die Mij gezonden heeft.
25 Deze dingen heb Ik tot u gesproken, terwijl Ik bij u verblijf.
26 Maar de Trooster, de Heilige Geest, Die de Vader zenden zal in Mijn Naam, Die zal u in alles onderwijzen en u in herinnering brengen alles wat Ik u gezegd heb.
27 Vrede laat Ik u, Mijn vrede geef Ik u; niet zoals de wereld die geeft, geef Ik die u. Laat uw hart niet in beroering raken en niet bevreesd worden.
28 U hebt gehoord dat Ik tegen u gezegd heb: Ik ga heen maar kom weer naar u toe. Als u Mij liefhad, zou u zich verblijden, omdat Ik gezegd heb: Ik ga heen naar de Vader; want Mijn Vader is meer dan Ik.
29 En nu heb Ik het u gezegd voordat het zal gebeuren, opdat, wanneer het gebeurt, u zult geloven.
30 Ik zal niet veel meer met u spreken, want de vorst van deze wereld komt en heeft geen macht over Mij.
31 Maar de wereld moet weten dat Ik de Vader liefheb, en doe zoals de Vader Mij geboden heeft.
Sta op, laten wij hier vandaan gaan.
Het komt er op aan te willen horen en zien
>
> >
> > > > Zij herkennen elkaar zonder veel woorden en
> > > > poespas. Hun blik is gericht op Hem die
> > vanuit
> > > het
> > > > Licht gekomen is.
> > > > Zij bezitten de Liefde in hun hart en zijn
> > niet
> > > > als de farizeeën die de sleutel
> weggeworpen
> > > > hebben opdat niemand binnentreden kan.
> > >
> > > Sinds wanneer heb je een farizeeër nodig
> voor
> > een
> > > sleutel? Dit heb je niet, goed lezen
> Samuël!
> > > Je bent erg slecht van begrip, begrijp je
> niet
> > wat
> > > Jezus leert? zie onder
> >
> >
> > 39 Jezus zei: De Farizeeërs en
> schriftgeleerden
> > hebben de sleutels der kennis
> > genomen en verborgen. Zij zijn niet
> binnengegaan
> > en hen, die wensten binnen te
> > gaan, lieten zij niet toe. Jullie echter, wordt
> > verstandig als de slangen en argeloos als
> > de duiven.
> > Thomas Evangelie
>
> Nee thomas evangelie komt niet voor in de Bijbel
> dus zegt mij niks, maar het verteld mij wel dat
> jij geen relatie met Jezus Christus hebt.
>
Als jij het Thomas evangelie niet kent, wat kan het jou dan vertellen…?
Je bent vrij te denken wat je wil, in te vullen wat je wil, want slechts jij bent verantwoordelijk voor wat je denkt en hoe je handelt. De vorst van de wereld weet het altijd beter en vuurt zijn pijlen steeds af, doch ze treffen geen doel meer als Hij verschijnt.
> > > Maar jij kent Hem niet, je hebt Hem nooit
> > > ontvangen, je gelooft niet in de persoon
> Jezus
> > de
> > > Christus, je gelooft in een kosmische
> > > christusgeest.
> >
> > Oh, jawel hoor, het was een mooie man, met een
> > enorme uitstraling. Hij heelde mensen door
> > aanwezigheid , Liefde was Hij ….:-)
> > Ken jij Hem en zou je Hem herkennen?
>
> Ja ik kan volmondig zeggen dat ik Hem ken mijn
> Heer en Heiland, jij nog niet neem ik aan!
> Hij heelde mensen door aanraking en Zijn Woord,
> wel bij de les blijven.
Dit kan maar door ‘aanwezig’ te zijn.
> En Hij is nog steeds liefde, Hij leeft namelijk!
Ja natuurlijk, als Mensenzoon was Hij Liefde, als de Eeuwige Zoon IS Hij Liefde
>
> >
> >
> > > Gnostiek en mystiek, heeft niks met Jezus de
> > > Christus te maken, en je geplak van teksten
> > > veranderen dat niet. 
> >
> > Dit kan alleen maar door een onwetende gezegd
> > worden. Doch vat moed Samuël, Saulus bestreed
> ook
> > de ‘vijand’ denkende dat hij het bij het rechte
> > eind had vooraleer de bliksem insloeg…
>
> Nee dat is de doodoender door iedere zg gnosticus,
> als de ander ze op hun dwaling wijst en de
> waarheid verteld is deze ineens een onwetende.
Of als een ‘gelovige’ een naar eigen normen niet-gelovige op zijn/haar dwaling wijst is hij een ‘Satanszoon’ (hier meermaals geuit) of addergebroed of een heidene of een ‘zwever’ of een afvallige in de vorm van een ‘rozenkruiser’…enz, enz…
Onwetendheid is zonde, want alle handelingen verricht in onwetendheid binden de mens verder aan deze wereld.en wie deze onwetendheid in stand houdt door misleiding , doelbewust of niet, dient de ‘Heer’ van deze wereld, Lucifer maw.
De bekering van Paulus blijft een mooi voorbeeld voor ieder die de ‘strijd’ aangaat in de overtuiging van het eigen gelijk.
Het Licht strijdt nooit, nooit, het is altijd de duisternis die strijd, de duisternis in de mens zelf.
Waartegen wordt dus gevochten ?
Het Licht ‘verlicht’ opdat de Duisternis opgeheven wordt….doch deze wil niet gezien worden en verzet zich tot de laatste snik.
> Loop eens een week met mij mee, echt werk als een
> christen, onder de mensen, en geen slappe praatjes
> verkopen op het PB
.
en jij met mij? je bent welkom 