samuel Schreef:
——————————————————-
> met je innerlijk doe je niks, dan ben je
> met jezelf bezig, Jezus was niet met zichzelf
> bezig, dus ook zijn discipelen niet.
Nee, Jezus was dan ook niet innerlijk verdeeld. De discipelen waren ook nog innerlijk verdeeld, anders zouden ze niet zo veel vragen aan Jezus hebben. Zo ben jij ook nog innerlijk verdeeld.
In de bijbel wordt vaak over het innerlijk gesproken. Waarom poets jij dat weer weg?
Jezus zag dat heel scherp bij de schriftgeleerden en farizeeën.
Aardige “buitenkant” (die mooi gemaakt wordt) maar “innerlijk” drie keer niks.
Matt. 23
25 Wee u, gij schriftgeleerden en farizeeën, gij geveinsden, want gij reinigt het buitenste des drinkbekers, en des schotels, maar van binnen zijn zij vol van roof en onmatigheid.
26 Gij blinde farizeeër, reinig eerst wat binnen in den drinkbeker en den schotel is, opdat ook het buitenste derzelve rein worde.
27 Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, gij huichelaars, want gij gelijkt op gewitte graven, die van buiten wel schoon schijnen, maar van binnen vol zijn van doodsbeenderen en allerlei onreinheid.
28 Zo ook gij, van buiten schijnt gij de mensen wel rechtvaardig, doch van binnen zijt gij vol huichelarij en wetsverachting.
Hoezo geen innerlijke verandering (reiniging).
Jezus draagt dus wel degelijk op om je innerlijk te reinigen. (zie vers 26)
Matt. 5
8 Zalig de reinen van hart, want zij zullen God zien.
Een zuiver hart krijgen, kan alleen maar door innerlijke verandering.
(5 Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was,)
7 Geliefden, laten wij elkander liefhebben, want de liefde is uit God; en een ieder, die liefheeft, is uit God geboren en kent God.
8 Wie niet liefheeft, kent God niet, want God is liefde.
12 Niemand heeft ooit God aanschouwd; indien wij elkander liefhebben, blijft God in ons en zijn liefde is in ons volmaakt geworden.
16 En wij hebben de liefde onderkend en geloofd, die God jegens ons heeft.
God is liefde, en wie in de liefde blijft, blijft in God en God blijft in hem.
Er wordt gesproken over “in ons” dus het is innerlijk.
Jak.4
8 Nadert tot God, en Hij zal tot u naderen. Reinigt uw handen, zondaars, en zuivert uw harten, gij, die innerlijk verdeeld zijt
2 Kor. 5:12
12 We bevelen onszelf niet opnieuw aan, maar geven u de mogelijkheid trots op ons te zijn, zodat u zich kunt verdedigen tegen wie zich op uiterlijke zaken laat voorstaan in plaats van op innerlijke.