samuel Schreef:
——————————————————-
> thomas Schreef:
> ————————————————–
> —–
> > Zult volmaakt zijn..als belofte, om eens ''het
> is
> > volbracht'' uit te spreken.
> >
> > En daarin is -volmaken- een proces van het
> kwade
> > doorzien tot het allerlaatste uur.
>
> Je moet eerst iets hebben, en daar schort het bij
> vele nog steeds aan, zonder datgene ben en blijf
> je blind en doof.
> En het gevolg is zelfverlossing proberen te
> bewerkstelligen!
>
> >
> > Nog maar een keer;
> >
> > > > >
> > > > > Ik groet U, Uw Licht,
> > > > > dat mijn domein doordringt.
> > > > > Ik groet U, Gij die de weg gaat
> > > > > die ik bevecht met bittere strijd.
> > > > > Ik weet dat de overwinning aan U zal
> zijn,
> > O
> > > > > Heer,
> > > > > maar toch verzet ik mij tegen U!
> > > > > Dat is mijn lot tot aan mijn dood.
> > > > > Tot het allerlaatste uur
> > > > > zal ik mij tegen U verzetten, O Heer!
> > > > >
> > > > > Tnc
>
> Nog maar een keer, thomas die nog steeds het kwade
> in zich heeft!
>
>
> Het is niet volmaken, dat maak jij er van, er
> staat volmaakt zijn!
>
> volmaakt
> foutloos, perfect, ideaal, onberispelijk,
> uitstekend, volkomen, volledig, volleerd,
> volslagen, voorbeeldig
> Gevonden op
>
> 4 Gíj zijt uit God, kinderkens, en gij hebt hen
> overwonnen; want Hij, die in u is, is meerder dan
> die in de wereld is. 5 Zij zijn uit de wereld;
> daarom spreken zij uit de wereld en hoort de
> wereld naar hen. 6 Wij zijn uit God; wie God kent,
> hoort naar ons; wie uit God niet is, hoort naar
> ons niet. Hieraan onderkennen wij de Geest der
> waarheid en de geest der dwaling. 1 Joh. 4
Hoe kom je nu weer op de zogenaamde zelfverlossing? Het is de overgave van het zelf..aan Christus.
Het is Christus in de mens die ontslapen is, zoals de handtekening aangeeft, en daar is niets van de oude mens wat volbrengt, maar het is de verloren zoon, de Levende, die de Weg naar Huis gaat.
1 Kor.15
Maar nu, Christus is opgewekt uit de doden, en is de Eersteling geworden van hen, die ontslapen zijn.
Want daar de dood door een mens is, zo is ook de opstanding der doden door een Mens.
Want gelijk zij allen in Adam sterven, alzo zullen zij ook in Christus allen levend gemaakt worden.
Maar een ieder in zijn orde: de eersteling Christus, daarna die van Christus zijn, in Zijn toekomst.
Daarna zal het einde zijn, wanneer Hij het Koninkrijk aan God en de Vader zal overgegeven hebben; wanneer Hij te niet gedaan zal hebben alle heerschappij, en alle macht en kracht.
Want Hij moet als Koning heersen, totdat Hij al de vijanden onder Zijn voeten zal gelegd hebben.
De laatste vijand, die te niet gedaan wordt, is de dood.
Want Hij heeft alle dingen Zijn voeten onderworpen. Doch wanneer Hij zegt, dat Hem alle dingen onderworpen zijn, zo is het openbaar, dat Hij uitgenomen wordt, Die Hem alle dingen onderworpen heeft.
En wanneer Hem alle dingen zullen onderworpen zijn, dan zal ook de Zoon Zelf onderworpen worden aan Hem, Die Hem alle dingen onderworpen heeft, opdat God zij alles in allen.