thomas Schreef:
——————————————————-
> Psalm 2
>
> 1 Waarom woeden de heidenen, en bedenken de
> volken ijdelheid?
> 2 De koningen der aarde stellen zich op, en de
> vorsten beraadslagen te zamen tegen de HEERE,
> en tegen Zijn Gezalfde, zeggende:
> 3 Laat ons hun banden verscheuren, en hun touwen
> van ons werpen.
> 4 Die in de hemel woont, zal lachen; de HEERE zal
> hen bespotten.
> 5 Dan zal Hij tot hen spreken in Zijn toorn, en in
> Zijn grimmigheid zal Hij hen verschrikken.
> 6 Ik toch heb Mijn Koning gezalfd over Sion, de
> berg Mijner heiligheid.
> 7 Ik zal van het besluit verhalen:
> De HEERE heeft tot Mij gezegd: Gij zijt Mijn Zoon,
> heden heb Ik U gegenereerd.
> 8 Eis van Mij, en Ik zal de heidenen geven tot Uw
> erfdeel, en de einden der aarde tot Uw bezitting.
> 9 Gij zult hen verpletteren met een ijzeren
> scepter;
> Gij zult hen in stukken slaan als een
> pottenbakkersvat.
> 10 Nu dan, gij koningen, handelt verstandig; laat
> u tuchtigen, gij rechters der aarde!
> 11 Dient de HEERE met vreze, en verheugt u met
> beving.
> 12 Kust de Zoon, opdat Hij niet toorne, en gij op
> de weg vergaat,
> wanneer Zijn toorn maar een weinig zou ontbranden.
>
> Welgelukzalig zijn allen, die op Hem betrouwen.
>
>
>
>
> 2 De koningen der aarde stellen zich op, en de
> vorsten beraadslagen te zamen tegen de HEERE,
> en tegen Zijn Gezalfde, zeggende:
> 3 Laat ons hun banden verscheuren, en hun touwen
> van ons werpen.
>
> Zoals ik al eerder schreef; in de mens, als een
> individueel zeg maar, of; de autonoom, is de
> HEERE, het vertrouwen. Omdat de Zoon verhoogd
> wordt. Steeds weer is het geloof van de Zoon, de
> hoop, en de werken uit het geloof, de drijfveer
> van de teksten.
>
> De HEERE heeft tot Mij gezegd: Gij zijt Mijn Zoon,
> heden heb Ik U gegenereerd.
>
> Dat is de Christus, de Messias, de Zoon, de
> Gezalfde. Dat is Die de mens zal ontmoeten, die de
> weg des Heren recht gemaakt heeft.
Bs'd
JC was geen gezalfde, hij is nooit tot koning gezalfd zoals een joodse koning gezalfd moet worden, door een profeet en/of priester.
JC heeft ook de messiaanse profetieën niet vervuld, dus nog een bewijs dat hij niet de messias was.
Psalm 2 spreekt over koning David. Hij is de gezalfde,. (messias betekent “gezalfde”) zie I Sam 16:12-13. Hier wordt David gezalfd door de priester en profeet Samuel, iets wat nooit gebeurd is bij Jezus.
“Ik heb immers mijn koning gesteld over Sion, mijn heilige berg.” Koning David regeerde vanaf de berg Zion, hij woonde daar en is daar begraven, maar niets van dit alles heeft betrekking op JC; hij was nooit een koning, en hij heeft nooit geregeerd vanaf de berg Zion.
“Hij sprak tot mij: Mijn zoon zijt gij; Ik heb u heden verwekt.”
Dit betekent niet dat koning David een fysieke zoon van God was. De uitdrukking: “zoon van God” wordt gebruikt voor mensen en engelen de zeer geliefd of extra bevoordeeld zijn door God, zoals we kunnen zien in Genesis 6:4, Job 1:6, 2:1, 38:7, Psalm 82:6, 89:6 en vele andere verzen.
Vers 8: “ Vraag Mij en Ik zal volken geven tot uw erfdeel, de einden der aarde tot uw bezit. Gij zult hen verpletteren met een ijzeren knots, hen stukslaan als pottenbakkerswerk.”
Dit heeft allemaal betrekking op koning David, God gaf hem de overwinning over al zijn vijanden, maar niets hiervan heeft betrekking op JC.
De claim dat hij het bovenstaande gaat doen na zijn tweede komst is een waardeloze claim, want iedereen kan dat claimen.
En daarom is het absurd om te zeggen dat Psalm 2 gaat over JC in plaats van koning David.
“Kus de zoon”.
Het woord “bar” betekent in het hebreeuws “rein” of “puur”, en in het aramees “zoon”.
In Psalm 2 wordt dat vertaald door de christenen alsof het aramees is, en “zoon” betekent, en maakt men er van: “Kus de zoon …”
Maar aangezien de Psalmen in het hebreeuws geschreven zijn, is het onlogisch om dat ene woord te gaan vertalen alsof het aramees is.
Het woord “bar” komt vaker voor in de Psalmen, en wordt dan nooit vertaald als “zoon”.
Hier zijn een paar voorbeelden van “bar” in de Psalmen:
“De HERE deed mij naar mijn gerechtigheid, naar de reinheid mijner handen vergold Hij mij.” Psalm 18:21
“De HERE heeft mij vergolden naar mijn gerechtigheid,naar de reinheid mijner handen vóór zijn ogen” Psalm 18:25
“Wie mag de berg des HEREN beklimmen, wie mag staan in zijn heilige stede? Die rein is van handen en zuiver van hart,” Psalm 24:3-4
We zien dus dat het woord “bar” gewoon vertaald word als “rein”, en niet als zoon.
En evenzo zou het vertaald moeten worden in Psalm 2.
En daarom zegt de joodse Stone Editie van de Tenach daar: “Yearn for purity”, en niet iets als “kus de zoon”.
Dat “kus de zoon” is dus gewoon weer de zoveelste christelijke corruptie van hun bijbelvertalingen.