Het duivels dogma van de vrije wil
Op ettelijke vroegchristelijke concilies is het duivelse dogma van de vrije
wil krachtig veroordeeld. Maar steeds weer herhaalde zich de zondeval.
Steeds weer fluisterde de Slang, dewelke Satan is, de mensen in: je hebt een
vrije wil.
Omstreeks 1618 tijdens de heroïsche Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) met het
Paapse Spanje was er eventjes vrede met het goddeloze Spanje, de Hoer van
Babylon. Hoera, dachten de antibiblicisten hier te lande, een mooie tijd om
de Bijbel terzijde te schuiven, onze ketterij van de vrije wil te propageren
en het land in een burgeroorlog te storten.
Maar de Heere besloot de waarheid te laten zegevieren. En aldus liet Prins
Maurits, die de Bijbel letterlijk nam, letterlijk de onwillige
raadspensionaris Johan Van Oldenbarneveldt, een nepedelman, een kopje
kleiner maken. En hij liet de even onwillige Hugo De Groot opsluiten in een
boekenkist. Dat zou hem leren. Boeken zat om te bestuderen in die kist.
Voorts liet Prins Maurits de kerkvorsten bijeen komen in Dordt oftewel
Dordrecht. Daar werd op de Synode van Dordt het antigoddelijk dogma van de
vrije wil veroordeeld en werden de Dordtsche Leerregels opgesteld, die
leer
en dat de Almachtige en Alwetende Drie-E-ige Heere de absolute
Alveroorzaker was en dat niets en niemand een vrije wil had behalve de
Heere.
Helaas was deze overwinning van de waarheid van korte duur. Alras stak het
duivels dogma weer zijn satanische kop op. Ook onder zogenaamde biblicisten.
We zijn vrije mensen, riepen zij. Alsof de Heere niet de Potentaet der
Potentaeten was. Wat een godslastering. De Dordtsche Leerregels raakten in
vergetelheid. Zonde. Wat een grote zonde.
Dat God de Alveroorzaker is en dus ook de veroorzaker is van al het kwaad,
wil er niet in bij de mierzoetige pseudobiblicisten. Maar de Bijbel is
glashelder: God de Heere is de Almachtige en dus de Alveroorzaker. Hieronder
volgt een kleine willekeurige selectie van bijbelteksten die duidelijk
bewijzen dat God de Alveroorzaker is en dus ook de veroorzaker is van al het
kwaad.
Exodus 10:27
Doch de HEERE verhardde Farao's hart; en hij wilde hen niet laten trekken.
Mattheüs 9: 29
Worden niet twee musjes om een penningsken verkocht? En niet een van deze
zal op de aarde vallen zonder uw Vader.
Jesaja 45: 6-7
Opdat men wete, van den opgang der zon en van den ondergang, dat er
buiten Mij niets is, Ik ben de HEERE, en niemand meer.
(7) Ik formeer het licht, en schep de duisternis; Ik maak den vrede en schep
het kwaad, Ik, de HEERE, doe al deze dingen.
————————————-
http://www.freak-search.com/nl/thread/5162663/het_duivels_dogma_van_de_vrije_wi
.