Welkom op het forum van startpagina!

Dit forum staat op alleen-lezen. Je kan hier informatie zoeken en oude berichten terugvinden, maar geen nieuwe berichten plaatsen.

Meer informatie op bijbel.startpagina.nl

Bijbels onderwerp

  • Leo

    theo Schreef:

    ——————————————————-

    > Voor veel, misschien wel de meeste protestanten

    > lijkt juist geloof veel belangrijker dan het

    > juiste doen.

    >

    > Gelovigen (en met name christenen?? maar dat is

    > een andere discussie) worden opgeroepen zich niet

    > aan aardse goederen te verslingeren. Naastenliefde

    > , delen met mensen die het minder goed hebben

    > getroffen dan jij en ik.

    >

    > Geld ( = materialisme = egoisme) heeft velen in

    > de macht, een soort god maar dan een afgod.

    >

    > Hieronder heb ik een tekst uit Timoteüs geplakt

    > en daaronder de beroemde gelijkenis van Jezus over

    > de onrechtvaardige pachter.

    >

    > Het advies van Jezus om vrienden te maken met

    > behulp van de valse mammon druist tegen alles in

    > wat we zelf zouden adviseren denk ik. Toch ??

    >

    > Dit advies van Jezus druist ook in tegen de rest

    > van de adviezen in de bijbel en ook tegen de

    > andere opmerkingen van Jezus …Toch?

    >

    > Wat is jullie mening over de gelijkenis van Jezus

    > en met name het vreemde advies van Jezus?

    >

    >

    > Uit Tim 6;

    > 10 Want de wortel van alle kwaad is geldzucht.

    > Door zich daaraan over te geven, zijn sommigen van

    > het geloof afgedwaald en hebben ze zichzelf veel

    > leed berokkend.

    >

    >

    > Uit Lucas 16;

    > 1 Hij richtte zich ook tot zijn leerlingen: ‘Er

    > was eens een rijke man die een rentmeester had en

    > te horen kreeg dat de rentmeester zijn eigendommen

    > verkwistte. 2 De rijke man riep de rentmeester bij

    > zich en zei tegen hem: “Wat hoor ik over jou?

    > Leg verantwoording af van je beheer, want je kunt

    > niet langer rentmeester blijven.” 3 Toen zei de

    > rentmeester bij zichzelf: Wat moet ik doen nu mijn

    > heer mij het beheer afneemt? Werken op het land

    > kan ik niet, en voor bedelen schaam ik me. 4 Maar

    > ik weet al wat ik moet doen om ervoor te zorgen

    > dat de mensen, wanneer ik van mijn beheerderstaak

    > ben ontheven, mij bij hen thuis ontvangen. 5 Een

    > voor een riep hij de schuldenaars van zijn heer

    > bij zich. De eerste vroeg hij: “Hoeveel bent u

    > mijn heer schuldig?” 6 “Honderd vaten

    > olijfolie,” antwoordde de schuldenaar. De

    > rentmeester zei tegen hem: “Hier is uw

    > schuldbewijs, ga zitten en maak er gauw vijftig

    > van.” 7 Daarna vroeg hij aan de volgende

    > schuldenaar: “En u, hoeveel bent u schuldig?”

    > “Honderd balen graan,” luidde het antwoord. De

    > rentmeester zei: “Hier is uw schuldbewijs, maak

    > er tachtig van.” 8 En de heer prees de

    > oneerlijke rentmeester omdat hij slim had

    > gehandeld. De kinderen van deze wereld gaan immers

    > slimmer met elkaar om dan de kinderen van het

    > licht. 9 Ook ik zeg jullie: maak vrienden met

    > behulp van de valse mammon, opdat jullie in de

    > eeuwige tenten worden opgenomen wanneer de mammon

    > er niet meer is.

    Als je de uitleggers van de Bijbel erop naleest kun je er misschien iets meer van begrijpen.

    Bij dezen heb ik de kanttekeningen toegevoegd.

    Als je dit leest kom je erachter dat er toch iets anders bedoeld wordt dan je eerst dacht.

    1 En Hij zeide ook tot Zijn discipelen: Er was een zeker rijk mens, welke een rentmeester had; en deze werd bij hem verklaagd, als die zijn goederen doorbracht.

    2 En hij riep hem, en zeide tot hem: Hoe hoor ik dit van u? Geef rekenschap van uw rentmeesterschap; want gij zult niet meer kunnen rentmeester zijn.

    3 En de rentmeester zeide bij zichzelven: Wat zal ik doen, dewijl mijn heer dit rentmeesterschap van mij neemt? Graven kan ik niet; te bedelen schaam ik mij.

    4 Ik weet, wat ik doen zal, opdat, wanneer ik van het rentmeesterschap afgezet zal wezen, zij mij in hun huizen ontvangen.

    5 En hij riep tot zich een iegelijk van de schuldenaars zijns heeren, en zeide tot den eersten: Hoeveel zijt gij mijn heer schuldig?

    6 En hij zeide: Honderd vaten olie. En hij zeide tot hem: Neem uw handschrift, en nederzittende, schrijf haastelijk vijftig.

    7 Daarna zeide hij tot een anderen: En gij, hoeveel zijt gij schuldig? En hij zeide: Honderd mudden tarwe. En hij zeide tot hem: Neem uw handschrift, en schrijf tachtig.

    8 En de heer prees den onrechtvaardigen rentmeester,

    Niet vanwege zijn onrechtvaardigheid, maar vanwege zijn voorzichtigheid, om zichzelven tegen het toekomende te voorzien.

    omdat hij voorzichtiglijk gedaan had; want de kinderen dezer wereld

    Grieks zonen; dat is, die niets anders zoeken dan dingen dezer wereld, gelijk daartegen gesteld worden de kinderen des lichts, dat is, die, door den Heiligen Geest verlicht zijnde, zoeken hetgeen hemels is, Joh. 12:36; Ef. 5:8; 1 Thess. 5:5,8; 1 Joh. 1:5,6.

    zijn voorzichtiger, dan de kinderen des lichts, in hun geslacht.

    9 En Ik zeg ulieden: Maakt uzelven vrienden

    Dat is, maakt door uwe milddadigheid tegen de armen, voornamelijk de gelovigen, dat die over uniet klagen, maar u mogen zegenen voor God. Zie Deut. 24:13.

    uit den onrechtvaardigen Mammon,

    Het is een Syrisch woord en betekent rijkdom, winst of schatten, die de mensen dikwijls als een god eren en dienen.

    opdat, wanneer u ontbreken zal,

    Of, wanneer gij zult bezwijken; namelijk door den dood; als al uw wereldse goederen u zullen begeven. Of, verlaten zult; namelijk den mammon.

    zij u mogen ontvangen

    Namelijk als getuigen van uwe milddadigheid en liefde aan hen bewezen.

    in de eeuwige tabernakelen.

    10 Die getrouw is in het minste, die is ook in het grote getrouw; en die in het minste onrechtvaardig is, die is ook in het grote onrechtvaardig.

    11 Zo gij dan in den onrechtvaardigen Mammon

    Omdat de rijkdommen veeltijds òf onrechtvaardig verkregen, òf niet recht besteed of gebruikt worden. Anderen zetten het over vals, of bedriegelijk; omdat het gesteld wordt tegen het ware goed, Luk. 16:11.

    niet getrouw zijt geweest, wie zal u het ware vertrouwen?

    Dat is, de ware, onvergankelijke en hemelse rijkdommen; Matth. 6:20.

    12 En zo gij in eens anders goed

    Namelijk dat u God maar voor een tijd leent, om niet alleen voor u, maar ook voor anderen te gebruiken.

    niet getrouw zijt geweest, wie zal u het uwe geven?

    Dat is, dat gij altijd en eeuwiglijk zult behouden.

    13 Geen huisknecht kan twee heren dienen; want óf hij zal den enen haten, en den anderen liefhebben, óf hij zal den enen aanhangen,

    Dat is, zich aan den enen houden.

    en den anderen verachten; gij kunt God niet dienen en den Mammon.

    Leo.

  • theo

    Dank.

    De tale Kanaans waar ik mee ben grootgebracht en voor velen inmiddels volstrekt onleesbaar en onbegrijpelijke taal is.

  • theo

    Bedankt.

    De preek heb ik vorig jaar al eens gedaan trouwens.

  • Scarlett 2de

    Dat zou best kunnen zijn, dan zijn wij het eens:)