Wat wil God van ons mensen?
Dat we drie eenheid met hand en tand verdedigen / aanvallen.
Dat we met de hakken in het zand onze eigen geloofswaarheden verdedigen?
Dat we medemensen onze geloofswaarheden door de strot duwen?
Volgens Jacobus niks van dat alles.
26 Wie meent dat hij God dient, terwijl hij zijn tong niet kan beteugelen, zit op een dwaalspoor, en heel zijn godsdienst is vergeefse moeite. 27 Voor God, de Vader, is alleen dit reine, zuivere godsdienst: weduwen en wezen bijstaan in hun nood, en je in acht nemen voor de wereld en onberispelijk blijven.
Maar ja, dat was Jacobus maar naturlijk. Volgens Luther een strooien brief die niet ter zake deed.