Welkom op het forum van startpagina!

Dit forum staat op alleen-lezen. Je kan hier informatie zoeken en oude berichten terugvinden, maar geen nieuwe berichten plaatsen.

Meer informatie op bijbel.startpagina.nl

Kan de wet nageleefd worden?

  • Eliyahu

    Bs'd

    Het christendom, in hun onuitputtelijke ijver om de wet van God overboord te gooien, claimt dat de wet van God onmogelijk nageleefd kan worden.

    Hier is een recent voorbeeld:

    http://bijbel.startpagina.nl/prikbord/16284775/16285565/re-oud-en-nieuw-verbond#msg-16285565

    David Schreef:

    ——————————————————-

    > Het leven naar de letter van de Wet is onmogelijk.

    > Niemand kan de Wet naar de letter naleven en je op

    > je daden beroepen is dus zinloos.

    Dus, als een algemene regel, kunnen we zonder meer stellen dat het christendom de wet van God overboord gegooid heeft.

    MAAR; God heeft een zegen en een vloek verbonden aan de wet. Als de wet nageleefd zou worden, dan zou Israel rijkelijk gezegend worden door God, en als ze de wet niet zouden naleven, dan zouden ze gruwelijk vervloekt worden door God.

    Hier de vervloekingen indien de wet niet nageleefd zou worden:

    Leviticus 26:14-39: “Maar indien gij naar Mij niet luistert en al deze geboden niet doet, indien gij mijn inzettingen versmaadt en van mijn verordeningen een afkeer hebt, zodat gij geen van mijn geboden doet en mijn verbond verbreekt, dan zal Ik ook aldus met u doen en met verschrikking u bezoeken: tering en koorts, die de ogen verteren en het leven doen verkwijnen; dan zult gij tevergeefs uw zaad zaaien, want uw vijanden zullen het eten. Ik zal mijn aangezicht tegen u keren, zodat gij voor uw vijanden geslagen zult worden, en die u haten, zullen over u heersen, en gij zult vluchten, zonder dat iemand u vervolgt. En indien gij desniettegenstaande niet naar Mij luistert, dan zal Ik u blijven tuchtigen wegens uw zonden, tot zevenmaal toe, en uw trotse macht zal Ik breken en uw hemel maken als ijzer en uw land als koper. Dan zal uw kracht tevergeefs verbruikt worden; uw land zal zijn opbrengst niet geven en het geboomte des lands zal zijn vrucht niet dragen. Indien gij u tegen Mij verzet en naar Mij niet wilt luisteren, dan zal Ik u nog zevenmaal harder slaan, naar uw zonden; Ik zal het wild gedierte op u loslaten, dat u van kinderen beroven en uw vee uitroeien zal en uw aantal zo zal verminderen, dat uw wegen verlaten zullen zijn. Indien gij u door deze tuchtiging nog niet tot Mij keert en u tegen Mij blijft verzetten, dan zal ook Ik Mij tegen u verzetten en dan zal Ik u ook zevenmaal slaan wegens uw zonden, en over u een zwaard brengen, dat wraak neemt over het verbond; wanneer gij dan in uw steden bijeenkomt, dan zal Ik de pest onder u zenden en gij zult aan de vijand overgeleverd worden. Als Ik u de staf des broods verbreek, dan zullen tien vrouwen uw brood in 1 oven bakken en zij zullen uw brood afgewogen teruggeven, en gij zult eten, maar niet verzadigd worden. En indien gij desondanks niet naar Mij luistert en u tegen Mij blijft verzetten, dan zal Ik Mij met grimmigheid tegen u verzetten en Ik, ja Ik, zal u zevenmaal tuchtigen over uw zonden, en gij zult het vlees uwer zonen eten en het vlees uwer dochters zult gij eten. En uw hoogten zal Ik verwoesten en uw wierookaltaren uitroeien; Ik zal uw lijken werpen op de lijken uwer afgoden en Ik zal een afkeer van u hebben. Uw steden zal Ik tot een puinhoop maken en uw heiligdommen verwoesten en Ik wil niet meer uw liefelijke reuk ruiken. Ik zelf zal het land verwoesten, zodat uw vijanden, die daarin wonen, zich daarover zullen ontzetten. Maar u zal Ik onder de volken verstrooien en Ik zal achter u het zwaard trekken, en uw land zal een woestenij zijn en uw steden een puinhoop. Dan zal het land zijn sabbatsjaren vergoed krijgen, al de dagen dat het woest ligt en gij in het land uwer vijanden zijt; dan zal het land rusten en zijn sabbatsjaren vergoeden. Al de tijd der verwoesting zal het rusten, de rust die het niet gehad heeft gedurende uw sabbatsjaren, toen gij daarin woondet. En Ik zal vrees brengen in de harten van hen die van u zijn overgebleven, in de landen hunner vijanden, zodat het geluid van een opgewaaid blad hen opjaagt, en zij zullen vluchten, zoals men vlucht voor het zwaard, en vallen, zonder dat er een vervolger is. En de een zal over de ander struikelen als voor het zwaard, zonder dat er een vervolger is, en gij zult voor uw vijanden geen stand kunnen houden. En gij zult onder de volken te gronde gaan, en het land uwer vijanden zal u verteren. En wie van u overgebleven zijn, zullen in de landen hunner vijanden wegkwijnen vanwege hun ongerechtigheid en ook vanwege de ongerechtigheden hunner vaderen zullen zij, evenals dezen, wegkwijnen.”

    Deuteronomium 28:15-65: "Maar indien gij niet luistert naar de stem van J-H-W-H, uw G.d, en niet al zijn geboden en inzettingen, die ik u heden opleg, naarstig onderhoudt, dan zullen de volgende vervloekingen alle over u komen en u treffen: Vervloekt zult gij zijn in de stad en vervloekt op het veld. Vervloekt zullen zijn uw mand en uw baktrog. Vervloekt zal zijn de vrucht van uw schoot, de vrucht van uw bodem, de worp van uw runderen en de dracht van uw kleinvee. Vervloekt zult gij zijn bij uw ingang en vervloekt bij uw uitgang. J-H-W-H zal over u de vloek, de verwarring en de bedreiging doen komen in alles wat gij onderneemt en wat gij doet, totdat gij verdelgd wordt en snel te gronde gaat vanwege de slechtheid uwer daden, omdat gij Mij verlaten hebt. J-H-W-H zal de pest aan u doen kleven, totdat zij u heeft weggevaagd uit het land, dat gij in bezit gaat nemen. J-H-W-H zal u slaan met tering, koorts, brand, ontstekingen, droogte, brandkoren en honigdauw: zij zullen u vervolgen, totdat gij te gronde gaat. Ook zal de hemel boven uw hoofd van koper zijn en de aarde onder u van ijzer. J-H-W-H zal poeder en stof over uw land laten regenen; van de hemel zullen die op u neerdalen, totdat gij verdelgd zijt. J-H-W-H zal u verslagen aan uw vijanden overleveren. Langs 1 enkele weg zult gij tegen hen optrekken, maar langs zeven wegen voor hen vluchten, zodat gij tot een schrikbeeld zult wezen voor alle koninkrijken der aarde. Uw lijken zullen tot voedsel dienen voor al het gevogelte des hemels en het gedierte der aarde, zonder dat iemand die opschrikt. J-H-W-H zal u slaan met Egyptische zweren, met builen, uitslag en schurft, waarvan gij niet kunt genezen. J-H-W-H zal u slaan met waanzin, verblinding en verstandsverbijstering, zodat gij op de middag rondtast, als een blinde in de duisternis; gij zult op uw wegen niet voorspoedig zijn, maar bij voortduring slechts verdrukt en beroofd worden, zonder dat iemand u redt. Gij zult een vrouw ondertrouwen, maar een andere man zal haar beslapen. Gij zult een huis bouwen, maar het niet bewonen. Gij zult een wijngaard planten, maar de vrucht daarvan niet genieten. Uw rund zal voor uw ogen geslacht worden, maar gij zult daarvan niet eten. Uw ezel zal in uw bijzijn geroofd worden, en niet tot u terugkeren. Uw kleinvee zal aan uw vijanden worden gegeven, zonder dat iemand u te hulp komt. Uw zonen en dochters zullen aan een ander volk worden overgeleverd, terwijl gij het met eigen ogen ziet, en de gehele dag naar hen smacht, zonder iets te kunnen doen. Een volk, dat gij niet kent, zal de vrucht van uw bodem eten en alles waarvoor gij gezwoegd hebt; bij voortduring zult gij slechts verdrukt en vertrapt worden. Gij zult waanzinnig worden vanwege het schouwspel, dat uw ogen zullen zien. J-H-W-H zal u slaan met boze zweren aan de knieen en aan de dijen, waarvan gij niet kunt genezen – van uw voetzool af tot uw schedel toe. J-H-W-H zal u en de koning, die gij over u hebt aangesteld, naar een volk voeren dat gij niet kendet, gij noch uw vaderen; aldaar zult gij andere goden dienen, hout en steen. Gij zult een voorwerp van ontzetting worden, een spreekwoord en een spotrede onder alle volken, naar wier land J-H-W-H u wegvoert. Veel zaad zult gij naar de akker brengen, maar weinig inzamelen, want de sprinkhaan zal het afvreten. Wijngaarden zult gij planten en bewerken, maar geen wijn drinken of opleggen; want de worm zal eraan knagen. Olijfbomen zult gij hebben in uw gehele gebied, maar u niet met olie zalven; want uw olijven zullen afvallen. Gij zult zonen en dochters verwekken, maar zij zullen u niet toebehoren, want zij zullen in gevangenschap gaan. Van al uw geboomte en veldvruchten zullen de sprinkhanen zich meester maken. Steeds meer zal de vreemdeling in uw midden u te boven gaan, terwijl gij al dieper zinkt. Hij zal u te leen geven, maar gij niet aan hem; hij zal hoofd zijn, en gij staart. Al deze vervloekingen zullen over u komen, u achtervolgen en u treffen, totdat gij verdelgd zijt, omdat gij niet geluisterd hebt naar de stem van J-H-W-H, uw G.d, en de geboden en inzettingen die Hij u opgelegd heeft, niet onderhouden hebt; zij zullen onder u tot een teken en wonder zijn, en onder uw nageslacht, voor altoos. Omdat gij J-H-W-H, uw G.d, niet met vreugde en blijdschap gediend hebt vanwege al uw overvloed, zult gij de vijanden, die J-H-W-H tegen u zal doen optrekken, dienen, onder honger en dorst, in naaktheid en met gebrek aan alles; Hij zal een ijzeren juk op uw hals leggen, totdat Hij u verdelgd heeft. J-H-W-H zal tegen u doen aanrukken een volk, dat van verre komt, van het einde der aarde, zoals een arend aanzweeft: een volk, waarvan gij de taal niet verstaat, een hardvochtig volk, dat geen grijsaard ontziet en geen knaap genade bewijst; dat de vrucht van uw vee en van uw bodem zal opeten, totdat gij verdelgd zijt; dat u geen koren, most of olie zal overlaten, noch de worp van uw runderen of de dracht van uw kleinvee, totdat het u te gronde gericht heeft. Het zal u in het nauw brengen in al uw steden, totdat de hoge, versterkte muren vallen, waarop gij in uw gehele land vertrouwdet; ja, het zal u in het nauw brengen in al uw steden, in geheel het land dat J-H-W-H, uw G.d, u geven zal. In de benardheid en benauwdheid, waarmede uw vijand u kwellen zal, zult gij de vrucht van uw eigen schoot eten, het vlees van de zonen en dochters, die J-H-W-H, uw G.d, u geven zal. De meest verwekelijkte en verwende man onder u zal zijn broeder noch zijn eigen vrouw noch de kinderen, die hem nog resten, iets gunnen, zodat hij geen van hen iets zal willen geven van het vlees zijner kinderen, die hij eet, omdat uw vijand hem niets anders overgelaten heeft, in de benardheid en benauwdheid, waarmede deze u in al uw steden kwellen zal. De verwekelijkte en verwende vrouw onder u, die van verwendheid en wekelijkheid het nooit gewaagd heeft haar voetzool op de grond te zetten, zal haar eigen man noch haar zoon en dochter iets gunnen, zelfs niet de nageboorte uit haar schoot noch de kinderen, die zij baart, want bij gebrek aan alles zal zij die in het geheim eten, in de benardheid en benauwdheid, waarmede uw vijand u in uw steden kwellen zal. Indien gij niet naarstig onderhoudt al de woorden der wet, die in dit boek geschreven zijn, en gij niet deze heerlijke, geduchte Naam, J-H-W-H, uw G.d, vreest, dan zal J-H-W-H u en uw nageslacht ongemeen zwaar tuchtigen met felle, aanhoudende slagen en boze, aanhoudende ziekten. Hij zal alle kwalen van Egypte, waarvoor gij bevreesd zijt, weer over u brengen, zodat zij aan u kleven. Ook allerlei ziekten en slagen, die in het boek van deze wet niet beschreven zijn, zal J-H-W-H over u doen komen, totdat gij verdelgd zijt. Met weinigen zult gij overblijven, terwijl gij talrijk geweest zijt als de sterren des hemels – omdat gij niet geluisterd hebt naar de stem van J-H-W-H, uw G.d. Zoals J-H-W-H er behagen in had om u wil te doen en u talrijk te maken, zo zal J-H-W-H er behagen in hebben om u te gronde te richten en te verdelgen; en gij zult weggerukt worden uit het land, dat gij in bezit gaat nemen. J-H-W-H zal u verstrooien onder alle natien van het ene einde der aarde tot het andere; aldaar zult gij andere goden dienen, die noch gij noch uw vaderen gekend hebben: hout en steen. Gij zult onder die volken geen rust vinden noch een rustplaats voor uw voetzool; J-H-W-H zal u daar een bevend hart geven, ogen vol heimwee en een kwijnende ziel. Zonder ophouden zal uw leven in gevaar verkeren; des nachts en des daags zult gij opschrikken en van uw leven niet zeker zijn. Des morgens zult gij zeggen: Was het maar avond; en des avonds: Was het maar morgen - vanwege de vrees die uw hart vervult, en vanwege het schouwspel dat uw ogen zien. J-H-W-H zal u op schepen naar Egypte terugbrenen langs de weg waarvan Ik u gezegd had: Gij zult die nooit weerzien; gij zult daar aan uw vijanden als slaven en slavinnen te koop aangeboden worden, maar er zal geen koper zijn. Dit zijn de woorden van het verbond dat J-H-W-H Mozes geboden heeft met de Israeliten te sluiten in het land Moab"

    En die liegen er waarachtig niet om.

    MAAR; volgens de christenen is het onmogelijk voor een mens om de wet na te leven.

    Waarmee God de Israelieten dus gruwelijk vervloekt had door ze een wet te geven die ze niet konden naleven, en waarvan het niet naleven bovenstaande vervloekingen zou brengen.

    Verrijst de vraag: Waarom zou God Israel willen vervloeken?

    En het antwoord is natuurlijk: God wilde Israel niet vervloeken, Hij gaf Israel een keus; om de wet wel of niet na te leven.

    God zegt: “Ik neem heden de hemel en de aarde tegen u tot getuigen; het leven en de dood stel ik u voor, de zegen en de vloek; KIES DAN HET LEVEN, opdat gij leeft, gij en uw nageslacht, door J-H-W-H uw G.d, lief te hebben, naar zijn stem te luisteren en Hem aan te hangen, want dat is uw leven en waarborg voor een langdurig wonen in het land waarvan J-H-W-H uw vaderen, Abraham, Isaak en Jakob, gezworen heeft, dat Hij het hun geven zou.” Deut. 30:19-20

    Dus God gaf Israel een keus, om de wet wel of niet na te leven.

    Maar volgens de christenen gaf God de Israelieten helemaal geen keus, want ze konden de wet onmogelijk na leven, en zo maken ze van God een leugenaar.

    Dus de christenen zeggen dat de wet niet nageleefd kan worden.

    Dit is wat God er van zegt:

    "11 Want dit gebod, dat ik u heden opleg, is niet te moeilijk voor u en het is niet ver weg. 12 Het is niet in de hemel, zodat gij zoudt moeten zeggen: Wie zal opstijgen ten hemel, het voor ons halen, en het ons doen horen opdat wij het volbrengen? 13 En het is niet aan de overkant der zee, zodat gij zoudt moeten zeggen: Wie zal oversteken naar de overkant der zee, het voor ons halen, en het ons doen horen opdat wij het volbrengen? 14 Maar dit woord is zeer dicht bij u, in uw mond en in uw hart om het te volbrengen. 15 Zie, ik houd u heden het leven en het goede voor, maar ook de dood en het kwade: 16 doordat ik u heden gebiedJ-H-W-H uw God, lief te hebben door in zijn wegen te wandelen en zijn geboden, inzettingen en verordeningen te onderhouden, opdat gij leeft en talrijk wordt en J-H-W-H uw God, u zegene in het land, dat gij in bezit gaat nemen. 17 Maar indien uw hart zich afwendt en gij niet luistert doch u laat verleiden en u voor andere goden nederbuigt en hen dient, 18 dan verkondig ik u heden, dat gij zeker te gronde zult gaan; niet lang zult gij leven in het land, dat gij na het overtrekken van de Jordaan in bezit gaat nemen. 19 Ik neem heden de hemel en de aarde tegen u tot getuigen; het leven en de dood stel ik u voor, de zegen en de vloek; kies dan het leven, opdat gij leeft, gij en uw nageslacht, 20 door J-H-W-H uw God, lief te hebben, naar zijn stem te luisteren en Hem aan te hangen, want dat is uw leven en waarborg voor een langdurig wonen in het land, waarvan J-H-W-H uw vaderen, Abraham, Isaak en Jakob, gezworen heeft, dat Hij het hun geven zou."

    Deut 30

    Dus God zegt dat het naleven van de wet geen enkel probleem is.

    De christenen beweren echter dat het onmogelijk is om de wet na te leven.

    Wie moeten we geloven?

  • CU

    Het is echt niet te geloven. Ongelovelijk is het.

    Het is beter bij de vijanden van God te horen, dan mag je God meehelpen de niet nalevers van de wet uit te roeien. :D

    Citaat: dan zult gij tevergeefs uw zaad zaaien, want uw vijanden zullen het eten. einde citaat.

  • Stefan

    In Hem, uit Rechtvaardigheid leven, volbrengt de wet; Alles wordt vervuld door de Liefde, waardoor de letter opgaat in Geest.

    Net zoals de Bijbel; de letter doodt, maar de Geest is het Leven. En is een leven naar de letter, een leven wat doorzien moet worden, door het Leven.

  • samuel

    De betekenis der wet

    Romeinen 7

    1 Of weet gij niet, broeders, – ik spreek immers tot wie de wet kennen – dat de wet heerschappij voert over de mens, zolang hij leeft? 2 Want de gehuwde vrouw is door de wet aan haar man gebonden, zolang deze leeft; wanneer echter de man sterft, is zij ontslagen van de wet, die haar aan die man bond. 3 Zo zal zij dan, indien zij bij het leven van haar man een ander tot man neemt, echtbreekster heten; wanneer echter de man sterft, is zij vrij van de wet, zodat zij geen echtbreekster is, indien zij zich aan een andere man geeft. 4 Bijgevolg, mijn broeders, zijt ook gij dood voor de wet door het lichaam van Christus om het eigendom te worden van een ander, van Hem, die uit de doden opgewekt is, opdat wij Gode vrucht zouden dragen. 5 Want toen wij in het vlees waren, werkten de zondige hartstochten, die door de wet geprikkeld worden, in onze leden, om voor de dood vrucht te dragen; 6 maar thans zijn wij van de wet ontslagen, dood voor haar, die ons gevangen hield, zodat wij dienen in de nieuwe staat des Geestes en niet in de oude staat der letter.

    7 Wat zullen wij dan zeggen? Is de wet zonde? Volstrekt niet! Ja, ik zou de zonde niet hebben leren kennen, tenzij door de wet; immers, ook van de begeerlijkheid zou ik niet geweten hebben, indien de wet niet zeide: gij zult niet begeren. 8 Maar uitgaande van het gebod, wekte de zonde in mij allerlei begeerlijkheid op; want zonder wet is de zonde dood. 9 Ik heb eertijds geleefd zonder wet; toen echter het gebod kwam, begon de zonde te leven, maar ik begon te sterven, 10 en het gebod dat ten leven moest leiden, bleek voor mij juist ten dode te zijn; 11 want de zonde heeft uitgaande van het gebod, mij misleid en door middel daarvan gedood. 12 Zo is dan de wet heilig, en ook het gebod is heilig en rechtvaardig en goed.

  • Eliyahu

    Thomas Schreef:

    ——————————————————-

    > In Hem, uit Rechtvaardigheid leven, volbrengt de

    > wet; Alles wordt vervuld door de Liefde, waardoor

    > de letter opgaat in Geest.

    >

    > Net zoals de Bijbel; de letter doodt, maar de

    > Geest is het Leven. En is een leven naar de

    > letter, een leven wat doorzien moet worden, door

    > het Leven.

    Bs'd

    Als je denkt dat de letter doodt, dan moet je gauw je bijbel overboord gooien, want die staat vol met lettertjes.

    Vaak ook nog wettische letters…..

    Hier is wat God daar van zegt: "Mijn verordeningen zult gij volbrengen en mijn inzettingen in acht nemen en daarnaar wandelen: Ik ben J-H-W-H uw God. 5 Ja, gij zult mijn inzettingen en mijn verordeningen in acht nemen; DE MENS DIE ZE DOET, ZAL DAARDOOR LEVEN: Ik ben J-H-W-H."

    Lev 18

    De wet brengt leven.

    Wetteloosheid brengt dood.

    “Wie zijn oor afwendt van het horen der wet, diens gebed zelfs is een gruwel.”

    Spr 28:9

  • Eliyahu

    Gepost door: samuel ()

    Datum: 25 januari 2013 13:21

    > Gij noemt Mij Meester en Here, en gij zegt dat terecht, want IK BEN het.

    > Jezus Christus

    Bs'd

    Samuel zijn god, meester, en here, is JC.

    Mijn God is J-H-W-H.

    שמע ישראל י-ה-ו-ה אלהנו י-ה-ו-ה אחד

    "Hoor Israel, J-H-W-H is onze God, J-H-W-H is ÉÉN!!!"

    En gij zult J-H-W-H, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw kracht. Wat ik u heden gebied, zal in uw hart zijn, 7 gij zult het uw kinderen inprenten en daarover spreken, wanneer gij in uw huis zit, wanneer gij onderweg zijt, wanneer gij nederligt en wanneer gij opstaat. Gij zult het ook tot een teken op uw hand binden en het zal u een voorhoofdsband tussen uw ogen zijn, en gij zult ze schrijven op de deurposten van uw huis en aan uw poorten.

    Deut 6:4-9

    "Want alle volkeren wandelen elk in de naam van zijn god, maar wij zullen wandelen in de naam van J-H-W-H onze God, voor eeuwig en altijd!"

    Micha 4:5

  • samuel

    Eliyahu Schreef:

    ——————————————————-

    > Gepost door: samuel ()

    > Datum: 25 januari 2013 13:21

    >

    > > Gij noemt Mij Meester en Here, en gij zegt dat

    > terecht, want IK BEN het.

    > > Jezus Christus

    >

    > Bs'd

    >

    > Samuel zijn god, meester, en here, is JC.

    >

    > Mijn God is J-H-W-H.

    >

    > שמע ישראל י-ה-ו-ה אלהנו

    > י-ה-ו-ה אחד

    >

    > "Hoor Israel, J-H-W-H is onze God, J-H-W-H is

    > ÉÉN!!!"

    >

    > En gij zult J-H-W-H, uw God, liefhebben met

    > geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel

    > uw kracht. Wat ik u heden gebied, zal in uw hart

    > zijn, 7 gij zult het uw kinderen inprenten en

    > daarover spreken, wanneer gij in uw huis zit,

    > wanneer gij onderweg zijt, wanneer gij nederligt

    > en wanneer gij opstaat. Gij zult het ook tot een

    > teken op uw hand binden en het zal u een

    > voorhoofdsband tussen uw ogen zijn, en gij zult ze

    > schrijven op de deurposten van uw huis en aan uw

    > poorten.

    > Deut 6:4-9

    >

    >

    > "Want alle volkeren wandelen elk in de naam van

    > zijn god, maar wij zullen wandelen in de naam van

    > J-H-W-H onze God, voor eeuwig en altijd!"

    > Micha 4:5

    http://bijbel.startpagina.nl/prikbord/16284775/oud-en-nieuw-verbond#msg-16284775

  • Eliyahu

    samuel Schreef:

    ——————————————————-

    > Regelmatig zijn er hier prikkers die constant naar

    > het Oude Testament wijzen en het oude verbond, en

    > zich daarop willen vastpinnen, en jou en mij

    > daarop willen vastpinnen.

    > We kunnen deze prikkers eigenlijk niets kwalijk

    > nemen ze noemen zich christen of al dan niet, ze

    > verschillen niet van de Israëlieten uit de tijd

    > van Mozes, ze hebben nog steeds een bedekking,

    > geen begrip en geen inzicht, waar ze het eigenlijk

    > over hebben.

    > Apostel Paulus schreef hierover in het Nieuw

    > Testament het nieuwe verbond 2 Korintiërs 3.

    >

    > 2 Korintiërs 3

    >

    > Het oude en het nieuwe verbond

    >

    > 1 Gaan wij weder onszelf aanprijzen? Of hebben wij

    > soms, gelijk sommigen, aanbevelingsbrieven bij u

    > of van u nodig? 2 Onze brief zijt gij, geschreven

    > in onze harten, kenbaar en leesbaar voor alle

    > mensen, 3 daar gij toont een brief van Christus te

    > zijn, door onze dienst opgesteld, niet met inkt

    > geschreven, maar met de Geest van de levende God,

    > niet op tafelen van steen, maar op tafelen van

    > vlees in de harten.

    > 4 Zulk een vertrouwen hebben wij door Christus op

    > God. 5 Niet dat wij uit onszelf bekwaam zijn iets

    > als óns werk in rekening te brengen, maar onze

    > bekwaamheid is Gods werk, 6 die ons ook bekwaam

    > gemaakt heeft om dienaren te zijn van een nieuw

    > verbond, niet der letter, maar des Geestes, want

    > de letter doodt, maar de Geest maakt levend.

    > 7 Indien nu de bediening des doods, met letters op

    > stenen gegrift, gepaard ging met zulk een

    > heerlijkheid, dat de kinderen Israëls de blik

    > niet op het aangezicht van Mozes konden vestigen

    > om de heerlijkheid van zijn aangezicht, die toch

    > verdwijnen moest, 8 hoe zal niet nog meer de

    > bediening des Geestes in heerlijkheid zijn? 9 Want

    > indien de bediening, die veroordeling brengt,

    > heerlijkheid was, veel meer is de bediening, die

    > rechtvaardigheid brengt, overvloedig in

    > heerlijkheid. 10 Immers, zelfs hetgeen

    > verheerlijkt was, is in zoverre niet verheerlijkt,

    > als déze heerlijkheid het te boven gaat. 11 Want

    > als het verdwijnende met heerlijkheid gepaard

    > ging, veel meer is dan het blijvende in

    > heerlijkheid.

    > 12 Nu wij zulk een verwachting hebben, treden wij

    > met volle vrijmoedigheid op, 13 geheel anders dan

    > Mozes, die een bedekking voor zijn gelaat deed,

    > opdat de kinderen Israëls geen blik zouden slaan

    > op het einde van hetgeen moest verdwijnen. 14 Maar

    > hun gedachten werden verhard. Want tot heden toe

    > blijft dezelfde bedekking over de voorlezing van

    > het oude verbond zonder weggenomen te worden,

    > omdat zij slechts in Christus verdwijnt. 15 Ja,

    > tot heden toe ligt, telkens wanneer Mozes

    > voorgelezen wordt, een bedekking over hun hart, 16

    > maar telkens wanneer iemand zich tot de Here

    > bekeerd heeft, wordt de bedekking weggenomen. 17

    > De Here nu is de Geest; en waar de Geest des Heren

    > is, is vrijheid. 18 En wij allen, die met een

    > aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de

    > heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen

    > naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot

    > heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is.

    >

    > De apostel Paulus opent zijn brief al gelijk met

    > waarom het gaat; niet met inkt geschreven, maar

    > met de Geest van de levende God, niet op tafelen

    > van steen, maar op tafelen van vlees in de

    > harten.

    > Niet met inkt of in steen maar in ons hart

    > geschreven door de heilige Geest.

    > Een nieuw verbond wederom weer door de heilige

    > Geest, niet naar de letter die dood maar naar de

    > Geest die levend maakt.

    > Nieuw Verbond, Nieuw Testament, en dat is niet

    > door toedoen van ons, niet ons werk maar het werk

    > van God.

    > En nu komt waar het om gaat vers 14 t/m 15: 14

    > Maar hun gedachten werden verhard. Want tot heden

    > toe blijft dezelfde bedekking over de voorlezing

    > van het oude verbond zonder weggenomen te worden,

    > omdat zij slechts in Christus verdwijnt. 15 Ja,

    > tot heden toe ligt, telkens wanneer Mozes

    > voorgelezen wordt, een bedekking over hun hart,

    >

    > Tot nu toe! Een bedekking over het hart zonder dat

    > deze weg is genomen. En waarom? Omdat ze Jezus

    > Christus niet aangenomen hebben, het Nieuwe

    > Verbond afgewezen hebben, omdat ze zich vasthouden

    > aan het oude verbond, simpel geen geloof hebben in

    > Jezus Christus. Maar vanaf vers 16 t/m 18 geven

    > weer wanneer deze bedekking verdwijnt en waardoor:

    > 16 maar telkens wanneer iemand zich tot de Here

    > bekeerd heeft, wordt de bedekking weggenomen.

    > Wanneer men zich bekeert tot de Here, en daar

    > wordt Jezus Christus mee bedoelt, dan verdwijnt

    > die bedekking over hun gedachten en hun hart.

    > En dan gaat dit pas werkelijkheid worden in het

    > leven van de christen: 17 De Here nu is de Geest;

    > en waar de Geest des Heren is, is vrijheid. 18 En

    > wij allen, die met een aangezicht, waarop geen

    > bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren

    > weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van

    > heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de

    > Here, die Geest is.

    >

    > Dus prikkers leer van de apostel Paulus en neem

    > zijn raad aan, en leef naar het Nieuwe Verbond,

    > leef door de Geest.

    Bs'd

    Samuel, leg aub even uit: Waarom zou wie dan ook naar Paulus moeten luisteren?

  • samuel

    Eliyahu Schreef:

    ——————————————————-

    > samuel Schreef:

    > ————————————————–

    > —–

    > > Regelmatig zijn er hier prikkers die constant

    > naar

    > > het Oude Testament wijzen en het oude verbond,

    > en

    > > zich daarop willen vastpinnen, en jou en mij

    > > daarop willen vastpinnen.

    > > We kunnen deze prikkers eigenlijk niets kwalijk

    > > nemen ze noemen zich christen of al dan niet,

    > ze

    > > verschillen niet van de Israëlieten uit de

    > tijd

    > > van Mozes, ze hebben nog steeds een bedekking,

    > > geen begrip en geen inzicht, waar ze het

    > eigenlijk

    > > over hebben.

    > > Apostel Paulus schreef hierover in het Nieuw

    > > Testament het nieuwe verbond 2 Korintiërs 3.

    > >

    > > 2 Korintiërs 3

    > >

    > > Het oude en het nieuwe verbond

    > >

    > > 1 Gaan wij weder onszelf aanprijzen? Of hebben

    > wij

    > > soms, gelijk sommigen, aanbevelingsbrieven bij

    > u

    > > of van u nodig? 2 Onze brief zijt gij,

    > geschreven

    > > in onze harten, kenbaar en leesbaar voor alle

    > > mensen, 3 daar gij toont een brief van Christus

    > te

    > > zijn, door onze dienst opgesteld, niet met inkt

    > > geschreven, maar met de Geest van de levende

    > God,

    > > niet op tafelen van steen, maar op tafelen van

    > > vlees in de harten.

    > > 4 Zulk een vertrouwen hebben wij door Christus

    > op

    > > God. 5 Niet dat wij uit onszelf bekwaam zijn

    > iets

    > > als óns werk in rekening te brengen, maar onze

    > > bekwaamheid is Gods werk, 6 die ons ook bekwaam

    > > gemaakt heeft om dienaren te zijn van een nieuw

    > > verbond, niet der letter, maar des Geestes,

    > want

    > > de letter doodt, maar de Geest maakt levend.

    > > 7 Indien nu de bediening des doods, met letters

    > op

    > > stenen gegrift, gepaard ging met zulk een

    > > heerlijkheid, dat de kinderen Israëls de blik

    > > niet op het aangezicht van Mozes konden

    > vestigen

    > > om de heerlijkheid van zijn aangezicht, die

    > toch

    > > verdwijnen moest, 8 hoe zal niet nog meer de

    > > bediening des Geestes in heerlijkheid zijn? 9

    > Want

    > > indien de bediening, die veroordeling brengt,

    > > heerlijkheid was, veel meer is de bediening,

    > die

    > > rechtvaardigheid brengt, overvloedig in

    > > heerlijkheid. 10 Immers, zelfs hetgeen

    > > verheerlijkt was, is in zoverre niet

    > verheerlijkt,

    > > als déze heerlijkheid het te boven gaat. 11

    > Want

    > > als het verdwijnende met heerlijkheid gepaard

    > > ging, veel meer is dan het blijvende in

    > > heerlijkheid.

    > > 12 Nu wij zulk een verwachting hebben, treden

    > wij

    > > met volle vrijmoedigheid op, 13 geheel anders

    > dan

    > > Mozes, die een bedekking voor zijn gelaat deed,

    > > opdat de kinderen Israëls geen blik zouden

    > slaan

    > > op het einde van hetgeen moest verdwijnen. 14

    > Maar

    > > hun gedachten werden verhard. Want tot heden

    > toe

    > > blijft dezelfde bedekking over de voorlezing

    > van

    > > het oude verbond zonder weggenomen te worden,

    > > omdat zij slechts in Christus verdwijnt. 15 Ja,

    > > tot heden toe ligt, telkens wanneer Mozes

    > > voorgelezen wordt, een bedekking over hun hart,

    > 16

    > > maar telkens wanneer iemand zich tot de Here

    > > bekeerd heeft, wordt de bedekking weggenomen.

    > 17

    > > De Here nu is de Geest; en waar de Geest des

    > Heren

    > > is, is vrijheid. 18 En wij allen, die met een

    > > aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de

    > > heerlijkheid des Heren weerspiegelen,

    > veranderen

    > > naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot

    > > heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is.

    >

    > >

    > > De apostel Paulus opent zijn brief al gelijk

    > met

    > > waarom het gaat; niet met inkt geschreven, maar

    > > met de Geest van de levende God, niet op

    > tafelen

    > > van steen, maar op tafelen van vlees in de

    > > harten.

    > > Niet met inkt of in steen maar in ons hart

    > > geschreven door de heilige Geest.

    > > Een nieuw verbond wederom weer door de heilige

    > > Geest, niet naar de letter die dood maar naar

    > de

    > > Geest die levend maakt.

    > > Nieuw Verbond, Nieuw Testament, en dat is niet

    > > door toedoen van ons, niet ons werk maar het

    > werk

    > > van God.

    > > En nu komt waar het om gaat vers 14 t/m 15: 14

    > > Maar hun gedachten werden verhard. Want tot

    > heden

    > > toe blijft dezelfde bedekking over de

    > voorlezing

    > > van het oude verbond zonder weggenomen te

    > worden,

    > > omdat zij slechts in Christus verdwijnt. 15 Ja,

    > > tot heden toe ligt, telkens wanneer Mozes

    > > voorgelezen wordt, een bedekking over hun hart,

    > >

    > > Tot nu toe! Een bedekking over het hart zonder

    > dat

    > > deze weg is genomen. En waarom? Omdat ze Jezus

    > > Christus niet aangenomen hebben, het Nieuwe

    > > Verbond afgewezen hebben, omdat ze zich

    > vasthouden

    > > aan het oude verbond, simpel geen geloof hebben

    > in

    > > Jezus Christus. Maar vanaf vers 16 t/m 18 geven

    > > weer wanneer deze bedekking verdwijnt en

    > waardoor:

    > > 16 maar telkens wanneer iemand zich tot de Here

    > > bekeerd heeft, wordt de bedekking weggenomen.

    > > Wanneer men zich bekeert tot de Here, en daar

    > > wordt Jezus Christus mee bedoelt, dan verdwijnt

    > > die bedekking over hun gedachten en hun hart.

    > > En dan gaat dit pas werkelijkheid worden in het

    > > leven van de christen: 17 De Here nu is de

    > Geest;

    > > en waar de Geest des Heren is, is vrijheid. 18

    > En

    > > wij allen, die met een aangezicht, waarop geen

    > > bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren

    > > weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld

    > van

    > > heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de

    > > Here, die Geest is.

    > >

    > > Dus prikkers leer van de apostel Paulus en neem

    > > zijn raad aan, en leef naar het Nieuwe Verbond,

    > > leef door de Geest.

    >

    >

    > Bs'd

    >

    > Samuel, leg aub even uit: Waarom zou wie dan ook

    > naar Paulus moeten luisteren?

    Hierom:

    Regelmatig zijn er hier prikkers die constant naar het Oude Testament wijzen en het oude verbond, en zich daarop willen vastpinnen, en jou en mij daarop willen vastpinnen.

    We kunnen deze prikkers eigenlijk niets kwalijk nemen ze noemen zich christen of al dan niet, ze verschillen niet van de Israëlieten uit de tijd van Mozes, ze hebben nog steeds een bedekking, geen begrip en geen inzicht, waar ze het eigenlijk over hebben.

    Apostel Paulus schreef hierover in het Nieuw Testament het nieuwe verbond 2 Korintiërs 3.

    2 Korintiërs 3

    Het oude en het nieuwe verbond

    1 Gaan wij weder onszelf aanprijzen? Of hebben wij soms, gelijk sommigen, aanbevelingsbrieven bij u of van u nodig? 2 Onze brief zijt gij, geschreven in onze harten, kenbaar en leesbaar voor alle mensen, 3 daar gij toont een brief van Christus te zijn, door onze dienst opgesteld, niet met inkt geschreven, maar met de Geest van de levende God, niet op tafelen van steen, maar op tafelen van vlees in de harten.

    4 Zulk een vertrouwen hebben wij door Christus op God. 5 Niet dat wij uit onszelf bekwaam zijn iets als óns werk in rekening te brengen, maar onze bekwaamheid is Gods werk, 6 die ons ook bekwaam gemaakt heeft om dienaren te zijn van een nieuw verbond, niet der letter, maar des Geestes, want de letter doodt, maar de Geest maakt levend.

    7 Indien nu de bediening des doods, met letters op stenen gegrift, gepaard ging met zulk een heerlijkheid, dat de kinderen Israëls de blik niet op het aangezicht van Mozes konden vestigen om de heerlijkheid van zijn aangezicht, die toch verdwijnen moest, 8 hoe zal niet nog meer de bediening des Geestes in heerlijkheid zijn? 9 Want indien de bediening, die veroordeling brengt, heerlijkheid was, veel meer is de bediening, die rechtvaardigheid brengt, overvloedig in heerlijkheid. 10 Immers, zelfs hetgeen verheerlijkt was, is in zoverre niet verheerlijkt, als déze heerlijkheid het te boven gaat. 11 Want als het verdwijnende met heerlijkheid gepaard ging, veel meer is dan het blijvende in heerlijkheid.

    12 Nu wij zulk een verwachting hebben, treden wij met volle vrijmoedigheid op, 13 geheel anders dan Mozes, die een bedekking voor zijn gelaat deed, opdat de kinderen Israëls geen blik zouden slaan op het einde van hetgeen moest verdwijnen. 14 Maar hun gedachten werden verhard. Want tot heden toe blijft dezelfde bedekking over de voorlezing van het oude verbond zonder weggenomen te worden, omdat zij slechts in Christus verdwijnt. 15 Ja, tot heden toe ligt, telkens wanneer Mozes voorgelezen wordt, een bedekking over hun hart, 16 maar telkens wanneer iemand zich tot de Here bekeerd heeft, wordt de bedekking weggenomen. 17 De Here nu is de Geest; en waar de Geest des Heren is, is vrijheid. 18 En wij allen, die met een aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is.

    De apostel Paulus opent zijn brief al gelijk met waarom het gaat; niet met inkt geschreven, maar met de Geest van de levende God, niet op tafelen van steen, maar op tafelen van vlees in de harten.

    Niet met inkt of in steen maar in ons hart geschreven door de heilige Geest.

    Een nieuw verbond wederom weer door de heilige Geest, niet naar de letter die dood maar naar de Geest die levend maakt.

    Nieuw Verbond, Nieuw Testament, en dat is niet door toedoen van ons, niet ons werk maar het werk van God.

    En nu komt waar het om gaat vers 14 t/m 15: 14 Maar hun gedachten werden verhard. Want tot heden toe blijft dezelfde bedekking over de voorlezing van het oude verbond zonder weggenomen te worden, omdat zij slechts in Christus verdwijnt. 15 Ja, tot heden toe ligt, telkens wanneer Mozes voorgelezen wordt, een bedekking over hun hart,

    Tot nu toe! Een bedekking over het hart zonder dat deze weg is genomen. En waarom? Omdat ze Jezus Christus niet aangenomen hebben, het Nieuwe Verbond afgewezen hebben, omdat ze zich vasthouden aan het oude verbond, simpel geen geloof hebben in Jezus Christus. Maar vanaf vers 16 t/m 18 geven weer wanneer deze bedekking verdwijnt en waardoor: 16 maar telkens wanneer iemand zich tot de Here bekeerd heeft, wordt de bedekking weggenomen.

    Wanneer men zich bekeert tot de Here, en daar wordt Jezus Christus mee bedoelt, dan verdwijnt die bedekking over hun gedachten en hun hart.

    En dan gaat dit pas werkelijkheid worden in het leven van de christen: 17 De Here nu is de Geest; en waar de Geest des Heren is, is vrijheid. 18 En wij allen, die met een aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is.

    Dus prikkers leer van de apostel Paulus en neem zijn raad aan, en leef naar het Nieuwe Verbond, leef door de Geest.

  • Eliyahu

    samuel Schreef:

    ——————————————————-

    > Eliyahu Schreef:

    > ————————————————–

    > —–

    > > samuel Schreef:

    > >

    > ————————————————–

    >

    > > —–

    > > > Regelmatig zijn er hier prikkers die constant

    > > naar

    > > > het Oude Testament wijzen en het oude

    > verbond,

    > > en

    > > > zich daarop willen vastpinnen, en jou en mij

    > > > daarop willen vastpinnen.

    > > > We kunnen deze prikkers eigenlijk niets

    > kwalijk

    > > > nemen ze noemen zich christen of al dan niet,

    > > ze

    > > > verschillen niet van de Israëlieten uit de

    > > tijd

    > > > van Mozes, ze hebben nog steeds een

    > bedekking,

    > > > geen begrip en geen inzicht, waar ze het

    > > eigenlijk

    > > > over hebben.

    > > > Apostel Paulus schreef hierover in het Nieuw

    > > > Testament het nieuwe verbond 2 Korintiërs 3.

    > > >

    > > > 2 Korintiërs 3

    > > >

    > > > Het oude en het nieuwe verbond

    > > >

    > > > 1 Gaan wij weder onszelf aanprijzen? Of

    > hebben

    > > wij

    > > > soms, gelijk sommigen, aanbevelingsbrieven

    > bij

    > > u

    > > > of van u nodig? 2 Onze brief zijt gij,

    > > geschreven

    > > > in onze harten, kenbaar en leesbaar voor alle

    > > > mensen, 3 daar gij toont een brief van

    > Christus

    > > te

    > > > zijn, door onze dienst opgesteld, niet met

    > inkt

    > > > geschreven, maar met de Geest van de levende

    > > God,

    > > > niet op tafelen van steen, maar op tafelen

    > van

    > > > vlees in de harten.

    > > > 4 Zulk een vertrouwen hebben wij door

    > Christus

    > > op

    > > > God. 5 Niet dat wij uit onszelf bekwaam zijn

    > > iets

    > > > als óns werk in rekening te brengen, maar

    > onze

    > > > bekwaamheid is Gods werk, 6 die ons ook

    > bekwaam

    > > > gemaakt heeft om dienaren te zijn van een

    > nieuw

    > > > verbond, niet der letter, maar des Geestes,

    > > want

    > > > de letter doodt, maar de Geest maakt levend.

    > > > 7 Indien nu de bediening des doods, met

    > letters

    > > op

    > > > stenen gegrift, gepaard ging met zulk een

    > > > heerlijkheid, dat de kinderen Israëls de

    > blik

    > > > niet op het aangezicht van Mozes konden

    > > vestigen

    > > > om de heerlijkheid van zijn aangezicht, die

    > > toch

    > > > verdwijnen moest, 8 hoe zal niet nog meer de

    > > > bediening des Geestes in heerlijkheid zijn? 9

    > > Want

    > > > indien de bediening, die veroordeling brengt,

    > > > heerlijkheid was, veel meer is de bediening,

    > > die

    > > > rechtvaardigheid brengt, overvloedig in

    > > > heerlijkheid. 10 Immers, zelfs hetgeen

    > > > verheerlijkt was, is in zoverre niet

    > > verheerlijkt,

    > > > als déze heerlijkheid het te boven gaat. 11

    > > Want

    > > > als het verdwijnende met heerlijkheid gepaard

    > > > ging, veel meer is dan het blijvende in

    > > > heerlijkheid.

    > > > 12 Nu wij zulk een verwachting hebben, treden

    > > wij

    > > > met volle vrijmoedigheid op, 13 geheel anders

    > > dan

    > > > Mozes, die een bedekking voor zijn gelaat

    > deed,

    > > > opdat de kinderen Israëls geen blik zouden

    > > slaan

    > > > op het einde van hetgeen moest verdwijnen. 14

    > > Maar

    > > > hun gedachten werden verhard. Want tot heden

    > > toe

    > > > blijft dezelfde bedekking over de voorlezing

    > > van

    > > > het oude verbond zonder weggenomen te worden,

    > > > omdat zij slechts in Christus verdwijnt. 15

    > Ja,

    > > > tot heden toe ligt, telkens wanneer Mozes

    > > > voorgelezen wordt, een bedekking over hun

    > hart,

    > > 16

    > > > maar telkens wanneer iemand zich tot de Here

    > > > bekeerd heeft, wordt de bedekking weggenomen.

    > > 17

    > > > De Here nu is de Geest; en waar de Geest des

    > > Heren

    > > > is, is vrijheid. 18 En wij allen, die met een

    > > > aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de

    > > > heerlijkheid des Heren weerspiegelen,

    > > veranderen

    > > > naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot

    > > > heerlijkheid, immers door de Here, die Geest

    > is.

    > >

    > > >

    > > > De apostel Paulus opent zijn brief al gelijk

    > > met

    > > > waarom het gaat; niet met inkt geschreven,

    > maar

    > > > met de Geest van de levende God, niet op

    > > tafelen

    > > > van steen, maar op tafelen van vlees in de

    > > > harten.

    > > > Niet met inkt of in steen maar in ons hart

    > > > geschreven door de heilige Geest.

    > > > Een nieuw verbond wederom weer door de

    > heilige

    > > > Geest, niet naar de letter die dood maar naar

    > > de

    > > > Geest die levend maakt.

    > > > Nieuw Verbond, Nieuw Testament, en dat is

    > niet

    > > > door toedoen van ons, niet ons werk maar het

    > > werk

    > > > van God.

    > > > En nu komt waar het om gaat vers 14 t/m 15:

    > 14

    > > > Maar hun gedachten werden verhard. Want tot

    > > heden

    > > > toe blijft dezelfde bedekking over de

    > > voorlezing

    > > > van het oude verbond zonder weggenomen te

    > > worden,

    > > > omdat zij slechts in Christus verdwijnt. 15

    > Ja,

    > > > tot heden toe ligt, telkens wanneer Mozes

    > > > voorgelezen wordt, een bedekking over hun

    > hart,

    > > >

    > > > Tot nu toe! Een bedekking over het hart

    > zonder

    > > dat

    > > > deze weg is genomen. En waarom? Omdat ze

    > Jezus

    > > > Christus niet aangenomen hebben, het Nieuwe

    > > > Verbond afgewezen hebben, omdat ze zich

    > > vasthouden

    > > > aan het oude verbond, simpel geen geloof

    > hebben

    > > in

    > > > Jezus Christus. Maar vanaf vers 16 t/m 18

    > geven

    > > > weer wanneer deze bedekking verdwijnt en

    > > waardoor:

    > > > 16 maar telkens wanneer iemand zich tot de

    > Here

    > > > bekeerd heeft, wordt de bedekking weggenomen.

    > > > Wanneer men zich bekeert tot de Here, en daar

    > > > wordt Jezus Christus mee bedoelt, dan

    > verdwijnt

    > > > die bedekking over hun gedachten en hun hart.

    > > > En dan gaat dit pas werkelijkheid worden in

    > het

    > > > leven van de christen: 17 De Here nu is de

    > > Geest;

    > > > en waar de Geest des Heren is, is vrijheid.

    > 18

    > > En

    > > > wij allen, die met een aangezicht, waarop

    > geen

    > > > bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren

    > > > weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde

    > beeld

    > > van

    > > > heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de

    > > > Here, die Geest is.

    > > >

    > > > Dus prikkers leer van de apostel Paulus en

    > neem

    > > > zijn raad aan, en leef naar het Nieuwe

    > Verbond,

    > > > leef door de Geest.

    > >

    > >

    > > Bs'd

    > >

    > > Samuel, leg aub even uit: Waarom zou wie dan

    > ook

    > > naar Paulus moeten luisteren?

    >

    > Hierom:

    >

    > Regelmatig zijn er hier prikkers die constant naar

    > het Oude Testament wijzen en het oude verbond, en

    > zich daarop willen vastpinnen, en jou en mij

    > daarop willen vastpinnen.

    > We kunnen deze prikkers eigenlijk niets kwalijk

    > nemen ze noemen zich christen of al dan niet, ze

    > verschillen niet van de Israëlieten uit de tijd

    > van Mozes, ze hebben nog steeds een bedekking,

    > geen begrip en geen inzicht, waar ze het eigenlijk

    > over hebben.

    > Apostel Paulus schreef hierover in het Nieuw

    > Testament het nieuwe verbond 2 Korintiërs 3.

    >

    > 2 Korintiërs 3

    >

    > Het oude en het nieuwe verbond

    >

    > 1 Gaan wij weder onszelf aanprijzen? Of hebben wij

    > soms, gelijk sommigen, aanbevelingsbrieven bij u

    > of van u nodig? 2 Onze brief zijt gij, geschreven

    > in onze harten, kenbaar en leesbaar voor alle

    > mensen, 3 daar gij toont een brief van Christus te

    > zijn, door onze dienst opgesteld, niet met inkt

    > geschreven, maar met de Geest van de levende God,

    > niet op tafelen van steen, maar op tafelen van

    > vlees in de harten.

    > 4 Zulk een vertrouwen hebben wij door Christus op

    > God. 5 Niet dat wij uit onszelf bekwaam zijn iets

    > als óns werk in rekening te brengen, maar onze

    > bekwaamheid is Gods werk, 6 die ons ook bekwaam

    > gemaakt heeft om dienaren te zijn van een nieuw

    > verbond, niet der letter, maar des Geestes, want

    > de letter doodt, maar de Geest maakt levend.

    > 7 Indien nu de bediening des doods, met letters op

    > stenen gegrift, gepaard ging met zulk een

    > heerlijkheid, dat de kinderen Israëls de blik

    > niet op het aangezicht van Mozes konden vestigen

    > om de heerlijkheid van zijn aangezicht, die toch

    > verdwijnen moest, 8 hoe zal niet nog meer de

    > bediening des Geestes in heerlijkheid zijn? 9 Want

    > indien de bediening, die veroordeling brengt,

    > heerlijkheid was, veel meer is de bediening, die

    > rechtvaardigheid brengt, overvloedig in

    > heerlijkheid. 10 Immers, zelfs hetgeen

    > verheerlijkt was, is in zoverre niet verheerlijkt,

    > als déze heerlijkheid het te boven gaat. 11 Want

    > als het verdwijnende met heerlijkheid gepaard

    > ging, veel meer is dan het blijvende in

    > heerlijkheid.

    > 12 Nu wij zulk een verwachting hebben, treden wij

    > met volle vrijmoedigheid op, 13 geheel anders dan

    > Mozes, die een bedekking voor zijn gelaat deed,

    > opdat de kinderen Israëls geen blik zouden slaan

    > op het einde van hetgeen moest verdwijnen. 14 Maar

    > hun gedachten werden verhard. Want tot heden toe

    > blijft dezelfde bedekking over de voorlezing van

    > het oude verbond zonder weggenomen te worden,

    > omdat zij slechts in Christus verdwijnt. 15 Ja,

    > tot heden toe ligt, telkens wanneer Mozes

    > voorgelezen wordt, een bedekking over hun hart, 16

    > maar telkens wanneer iemand zich tot de Here

    > bekeerd heeft, wordt de bedekking weggenomen. 17

    > De Here nu is de Geest; en waar de Geest des Heren

    > is, is vrijheid. 18 En wij allen, die met een

    > aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de

    > heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen

    > naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot

    > heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is.

    >

    > De apostel Paulus opent zijn brief al gelijk met

    > waarom het gaat; niet met inkt geschreven, maar

    > met de Geest van de levende God, niet op tafelen

    > van steen, maar op tafelen van vlees in de

    > harten.

    > Niet met inkt of in steen maar in ons hart

    > geschreven door de heilige Geest.

    > Een nieuw verbond wederom weer door de heilige

    > Geest, niet naar de letter die dood maar naar de

    > Geest die levend maakt.

    > Nieuw Verbond, Nieuw Testament, en dat is niet

    > door toedoen van ons, niet ons werk maar het werk

    > van God.

    > En nu komt waar het om gaat vers 14 t/m 15: 14

    > Maar hun gedachten werden verhard. Want tot heden

    > toe blijft dezelfde bedekking over de voorlezing

    > van het oude verbond zonder weggenomen te worden,

    > omdat zij slechts in Christus verdwijnt. 15 Ja,

    > tot heden toe ligt, telkens wanneer Mozes

    > voorgelezen wordt, een bedekking over hun hart,

    >

    > Tot nu toe! Een bedekking over het hart zonder dat

    > deze weg is genomen. En waarom? Omdat ze Jezus

    > Christus niet aangenomen hebben, het Nieuwe

    > Verbond afgewezen hebben, omdat ze zich vasthouden

    > aan het oude verbond, simpel geen geloof hebben in

    > Jezus Christus. Maar vanaf vers 16 t/m 18 geven

    > weer wanneer deze bedekking verdwijnt en waardoor:

    > 16 maar telkens wanneer iemand zich tot de Here

    > bekeerd heeft, wordt de bedekking weggenomen.

    > Wanneer men zich bekeert tot de Here, en daar

    > wordt Jezus Christus mee bedoelt, dan verdwijnt

    > die bedekking over hun gedachten en hun hart.

    > En dan gaat dit pas werkelijkheid worden in het

    > leven van de christen: 17 De Here nu is de Geest;

    > en waar de Geest des Heren is, is vrijheid. 18 En

    > wij allen, die met een aangezicht, waarop geen

    > bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren

    > weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van

    > heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de

    > Here, die Geest is.

    >

    > Dus prikkers leer van de apostel Paulus en neem

    > zijn raad aan, en leef naar het Nieuwe Verbond,

    > leef door de Geest.

    Bs'd

    Dus volgens jou moet iedereen naar Paulus luisteren, omdat Paulus dat zegt?