Uit Katholiek Nieuwsblad:
Ontmoedig besnijden van jongens
In Amerika is een groeiende groep joodse ouders die besnijdenis van jongetjes niet ziet zitten, stelt artsenorganisatie KNMG. Foto: AP
Onlangs verscheen in KN een artikel van rabbijn Lody van de Kamp, waarin deze de staf breekt over het feit dat artsenfederatie KNMG een ontmoedigingsbeleid voor jongensbesnijdenis bepleit. Toch zijn de redenen voor zo'n ontmoedigingsbeleid duidelijk.
Jongensbesnijdenis mag alleen uitgevoerd worden door artsen, er worden medische voordelen aan toegeschreven, en artsen worden regelmatig geconfronteerd met complicaties van besnijdenis. Besnijdenis is in strijd met de belangrijkste regel voor artsen ‘in de eerste plaats niet schaden’ en de regel dat kinderen, die niet zelf kunnen beslissen, alleen behandeld mogen worden wanneer dat in hun medische belang is. Dat is het uitgangspunt van de KNMG, de organisatie van en voor artsen.
Schadelijkheid
Het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind (IVRK) zegt dat de overheid er zorg voor moet dragen dat schadelijke traditionele gewoontes worden afgeschaft. Wetenschappelijk staat onomstotelijk vast dat besnijdenis schadelijk is. Bij een besnijdenis wordt 25 tot 50 procent van het gezonde huidweefsel van de penis verwijderd. Bij een volwassen man heeft de voorhuid ongeveer de oppervlakte van een ansichtkaart. Direct na de operatie ontstaat bij twee tot vijf procent van de jongens een infectie of bloeding, waarvoor soms ziekenhuisopname nodig is.
Veel jongens (tot twintig procent) krijgen later een plasbuisvernauwing, wat tot problemen met plassen en de blaas kan leiden. Nog later krijgen besneden mannen en hun partners veel vaker seksuele problemen dan niet-besneden mannen, omdat een besneden penis minder gevoelig is. Ook beklagen veel mannen zich over het feit dat zij zonder hun toestemming zijn besneden. Eventuele medische voordelen – zoals een mogelijk verkleinde kans op HIV-overdracht – zijn pas op latere leeftijd relevant en vormen geen rechtvaardiging voor besnijdenis in de kindertijd.
Discriminerend
Het IVRK zegt ook dat tussen jongens en meisjes niet gediscrimineerd mag worden. Het is dan ook opmerkelijk dat in Nederland alle vormen van meisjesbesnijdenis zijn verboden – ook in de symbolische vorm, waarbij geen weefsel wordt weggenomen – en dat jongensbesnijdenis wel wordt gedoogd. Zouden joodse en islamitische jongens niet evenzeer moeten worden beschermd door de wet als meisjes?
Religieuze vrijheid of lichamelijke integriteit?
Het debat over jongensbesnijdenis wordt vaak gezien als een tegenstelling tussen het recht op lichamelijke integriteit van het kind en het recht op religieuze vrijheid van de ouders. Wat daarbij vaak wordt vergeten is dat het IVRK ook het kind recht op vrijheid van godsdienst garandeert. Deze vrijheid impliceert dat het is toegestaan om een kind religieus op te voeden, maar dat het kind de vrijheid moet houden om later een andere opvatting te kiezen. Dit betekent dat het kind gevrijwaard moet blijven van onomkeerbare lichamelijke religieuze tekens.|
Een Duitse rechter oordeelde onlangs dat het recht op religieuze vrijheid van de ouders begrensd wordt door het recht op lichamelijke integriteit van het kind. Die juridische uitspraak past in een debat over jongensbesnijdenis dat in vrijwel de hele westerse wereld wordt gevoerd, ook binnen religieuze groeperingen. In Israël is een groeiende groep ouders die afziet van de besnijdenis.
Sociale druk
Veel ouders die de besnijdenis toch laten uitvoeren, doen dat vanwege sociale druk van (groot)ouders, niet vanuit religieuze gevoelens. In Amerika is een groeiende groep joodse ouders die, samen met religieuze leiders, alternatieve rituelen hebben ontwikkeld waarbij het kind wel wordt opgenomen in de religieuze gemeenschap, maar de integriteit van het kinderlichaam niet wordt geschonden.
Groeiend verzet
Het groeiende verzet tegen jongensbesnijdenis komt dus niet alleen uit medische en seculiere hoek, maar ook vanuit de religieuze gemeenschap zelf. Het debat heeft niets te maken met antisemitisme of anti-religiositeit, zoals wel eens wordt gesuggereerd. Het is wel een uiting van een groeiend besef dat kinderen dezelfde fundamentele mensenrechten hebben als volwassenen. Als het niet toegestaan is om een volwassen man tegen diens wil te besnijden, waarom zou dat bij een kind dan wel mogen?
Persoonlijke keuze
Besnijdenis is een persoonlijke keuze, waarvoor mensen verschillende redenen kunnen hebben. Gelukkig leven we in een land waarin het mensen vrij staat die keus te maken. Maar laat het dan wel een keus zijn die de persoon zelf maakt. Want uiteindelijk is er maar één iemand die mag beslissen over het al dan niet verwijderen van een gezond deel van het lichaam, en dat is de man zelf.
Gert van Dijk is ethicus bij de KNMG.