veel mensen hebben een verkeerde voorstelling van het woord schepping. Ze denken dat god in zijn handen klapte en alles er opeens was. Maar we zijn niet getoverd vanuit het niets maar geschapen in Christus.
Uit de schepping uit het niets volgt Pantheïsme, namelijk dat alles god is. Men negeert dan de verklaring van Paulus die zegt dat god boven alles, door alles en in alles is. Maar god had bij de schepping geen andere materie om mee te werken dan zichzelf. God is geest en geest heeft de unieke eigenschap dat als je er meer van weggeeft, hij meer wordt in jezelf. Zo schiep god ook ons heelal, uit zichzelf waarbij de geest zich vermeerderde in een andere dimensie.
Zo werd hij niet alleen de eeuwige god maar tegelijk ook de aionische god vanuit hemzelf. Op dezelfde wijze, trok God de mensheid in Jezus naar buiten vanuit zijn goddelijkheid. Er was zelfs geen andere bron. De mensheid was niet aan Jezus toegevoegd in zijn aardse geboorte. Maar de actie van de heilige geest in en op Maria trok de godheid verder die inherent in Maria's menselijkheid aanwezig was. Haar menselijkheid voerde terug naar Gods formatie van Adam van het stof uit de aarde, die op zijn manier terugvoerde op de geest substantie van god.