Veel mensen denken dat de Canarische eilanden maar sinds relatief kort vakantie eilanden zijn.
Maar de schoonzoon van Cleopatra, ene Juba 2 hing er al rond, tijdens het leven van Jezus. Hij en de dochter van Cleopatra en Marcus Antonius zullen Jezus ook wel gekend hebben, in elk geval van de verhalen.
Plinius is met hem mee en ze landen waarschijnlijk op Lanzarote. De eilanden zijn dan nog vernoemd naar de dochters van Atlas die weer door Zeus om zeep is geholpen.
Zo wordt alweer een associatie gewekt met de Griekse mythologie.
Plinius klaagt over de vele honden op de Canarische eilanden en noemt de eilanden voortaan iets met canaris. De schoonzoon van Cleopatra neemt allerlei nieuwe planten mee voor naar huis. Hij schrijft zels een soort reisgids die een bestseller wordt in Rome.
Het gerucht gaat dat zelfs Nimrod van Babylon op de Canarische eilanden is geweest.
Ook in de duistere Middeleeuwen zochten veel mensen uit Europa hun toevlucht tot de Canarische eilanden. Ze zijn al duizenden jaren een toeristische trekpleister.
Jezus zal er ook van gehoord hebben.