Vogel zingend in de dode nacht
met gebroken vleugels
vlieg omhoog, probeer -
levenslang heb je gewacht
op het ogenblik dat je verrijzen zou
uit deze nacht.
(Huub Oosterhuis)
het is geen gedicht. Het is geen verhaal. Het is een gebed; heel beeldend ook. Een soort van heilig sprookje.
De inktzwarte nacht van de hopeloosheid. de wanhoop, het alleenzijn.
Niemand die naar je omkijkt….en toch neem je er geen genoegen mee.
Je zingt en je zingt en je zingt ……als in doodsnood.
Je vleugels die je voorheen, misschien als kind, zo ver konden brengen - door welke oorzaak ook gebroken en nu slap langs je mentale lichaam hangend.
Door welke oorzaak ook geeft het alomvattende leven je toch weer een boost van hoop.
Was het een oogcontact? Een enkel woord speciaal voor jou? Even iemand die de tijd nam om je te beluisteren?
Wat het ook was - het was een Goede boodschap. Een liefdevol moment.
Kun je het eeuwig laten duren?
Nu is aan jou de keus. Het moment waarop je wachtte valt ineens in je schoot.
Pak je het moment? Spring je op - ook al weet je dat het hooguit armzalig gefladder zal zijn?