Het christendom is eigenlijk in de kern een tamelijk eenvoudige godsdienst.
De bijbel is omvangrijk, vaak omslachtig, maar wel duidelijk.
God is een tiran, alleen wie hem exclusief aanbidt en precies gelooft en doet wat hij zegt, gaat naar de hemel, de rest voor eeuwig naar de hel.
Eigenlijk is er geen christen die zich hieraan houdt. Ze kunnen niet aanvaarden dat God een tiran is en noemen hem “liefde”. Verder vinden ze de kern van de leer zo streng, dat zij allerlei uitzonderingen gaan bedenken, vooral voor zichzelf, of de regels heel ver oprekken.
Dat geldt voor Peri, Samuel en Boaz, die zichzelf exclusief naar de hemel zien gaan, maar ook voor vrijzinnigen als Theo, die middels de Alverzoening denkt dat uiteindelijk iedereen naar de hemel gaat.
De kern van het geloof is hete brij. Niet te verkopen, onverkondigbaar.