Maar van de Boom van kennis van goed en kwaad zul je niet eten, want als je er wel van eet, zul je sterven.
De dood is de vernietiging van de menselijke persoonlijkheid. Het gaat niet om een DING dat in ons sterft maar het is de persoon die sterft. De dood is het wegsterven van de persoon.
Het kwaad heeft een de-personaliserende werking op ons. Het de-humaniseert ons. De godheid identificeert zichzelf als de goddelijke persoonlijkheid. Het woord persoonschap kan ik hier ook introduceren. “Ik BEN wat ik ZAL WORDEN.” Als gelovigen drijven we af van de waarheid omdat we in de valstrik van filosofie zijn terechtgekomen die kennis boven de het wezen stelt. In HEM leven we en bewegen we en hebben we ONS wezen. We drijven hiervan weg als we ons op het pad van de filosofie bewegen om kennis over dingen te krijgen anders dan kennis over de Ene. Her resultaat is de verheffing van een persoon zonder eeuwige substantie.
Onze identiteit niet meer los te zien van de vereniging met Hem die de realiteit is van de echte persoonschap, IS aionisch leven. Kennis OVER christus schiet altijd op een bepaalde manier tekort. Maar de ontmoeting met Hem, de vereniging met Hem zal ons altijd voldoening geven. Hijzelf is onze verwachting en niet de kennis OVER Hem. God zal elke concurrerende verwachting van ons teniet doen.
Hier doet zich een vreemde paradox voor: als je de hoofdstukken van het Nieuwe Testament leest met dezelfde ingehouden adem als waarmee ze destijds werden opgeschreven, ontmoet je de mannen die zichzelf identificeerden als slaven van christus.
Dit geldt vooral voor Paulus. Hij wil dat de lezer één ding boven alles weet, namelijk dat hij de nieuwe slaaf van christus Jezus is, en dat hij zijn identiteit had gevonden in deze merkwaardige nieuwe relatie. Als we dit van onszelf dan ook maar beseffen.
http://www.youtube.com/watch?v=7QfX7bsDQ1o