Paulus leefde echt. Dit feit is belangrijk voor het verstaan van het nieuwe testament. Hij leefde, kreeg zijn eigen openbaring van God en noemde deze ZIJN evangelie.
Er is geen verschil tussen jood en heiden. Zoals in Adam allen stierven, zo zullen in christus allen levend worden gemaakt. Door 1 overtreding door de mens, Adam, kwam de vloek in de wereld. Zo komt door één, Christus de rechtvaardiging voor allen in de wereld. Het is gods wil dat iedereen gered wordt. Hij doet alles naar Zijn wil, ook het slechte dat je overkomt.
Hij is de redder van iedereen, in het BIJZONDER van de gelovigen. Die erven het aionische leven.
Maar als de bijbel eindigt aan het einde van Openbaring met een brandende vuurpoel, hoe kan dan iedereen gered zijn?
Een boek lees je chronologisch, van voor tot achter. De bijbel zit anders in elkaar. Het einde der dingen staan niet in openbaring omdat god dingen aan paulus openbaarde die tot dusver geheim waren geweest. Dingen werden nu aan paulus geopenbaard die nooit aan Johannes, de schrijver van Openbaring waren geopenbaard.
Johannes schreef in Openbaring over het koninkrijk der hemelen dat op aarde neerdaalde. Zoals Daniël het had geprofeteerd. Met christus op de troon. De rechtvaardigen leven en de onrechtvaardigen worden geoordeeld aan het begin van de laatste aion.
Maar Paulus vertelt ons wat er na Openbaring gebeurt.