‘De definitie van mystiek die men kan aantreffen
bij Thomas van Aquino en Bonaventura als op
ervaring stoelende godservaring, impliceert een
dimensie van onafhankelijkheid van hiërarchie en dat
betekent in praktijk een vrouwvriendelijke dimensie.
Daarin wordt een ruimte toegestaan, er is naast de
gebruikelijke weg tot God die bepaald wordt door
het instituut van de kerk, het leergezag van het ambt
en de Schrift, waarop het ambt zich baseert, ook
nog een andere, niet-kanaliseerbare experimentele
toegang tot God die in de marge van het instituut
geduld wordt.’
‘Theologie moet voor mij juist van die ervaringen
uitgaan. Mannelijke theologie, dus die
geïnstitutionaliseerde theologie die in een lang proces
de vrouwelijke stukken van de ziel sterk geloochend
heeft, is een theologie die alleen in het hoofd zit,
die tot uiting komt in kant-en-klare uitspraken, dus in
condensaten van ervaringen.’
Dorothee Solle