Vanavond zag ik op de televisie een reportage over een treinreis door India. Ik zag daar hoe een tiener op een hele pakkende manier sprak over haar ideaal: een wereld waar niet meer sprake was van India, China, Europa, of Amerika, maar gewoon één wereld, één planeet, met overal een vergelijkbaar welvaartsnivo, en volop gelegenheid om zich te vestigen waar men wilde, met een basisnivo van zorg en voorzieningen voor iedereen.
Ik herinnerde toe deze tekst:
Johannes 17:21 vv
21 opdat zij allen één zijn, gelijk Gij, Vader, in Mij en Ik in U, dat ook zij in Ons zijn
Ik begon in mijn gedachten beide uitspraken te vergelijken. Natuurlijk, dacht ik, had Jesus het over een geloofsmatige, geestelijke éénheid.
Maar hoe langer ik erover nadacht, des te meer ik toch begon te voelen voor de simpele opvatting van de jongedame. Immers is het niet wel erg banaal en oppervlakkig om te denken dat Gods Zoon alleen maar de éénheid van zijn volgelingen op het oog had? En in hoeverre is dat dan maar een zeer beperkte éénheid met zeer beperkte zegeningen voor de wereld? Is God niet de Koning der wereld, zoals met name joodse gebeden Hem kennen?
En i s daarentegen de éénheidsopvatting van de jongedame niet veel diepgaander, en biedt zij niet veel meer voordelen voor de wereld waarin wij leven?
Wat vind jij? En waarom vind je dat?