Wanneer de Here ziet dat de ziel nog niet standvastig is in nederigheid neemt Hij Zijn genade weg.
Verlies hierdoor de moed niet, de genade is in jou, maar is verborgen.
Wen jezelf eraan om gedachten direct af te snijden.
Als je dit vergeet en je verjaagt hen niet direct dan moet je boete doen.
Span jezelf in om dit tot een gewoonte te maken. De ziel heeft haar gewoontes; men zal gedurende heel zijn leven handelen zoals men gewend is.
Een goed mens heeft goede gedachten; een boos mens boze gedachten; maar elke mens moet leren tegen de gedachten te strijden en slechts gedachten veranderen in goede. Dit,… is het kenmerk van een ervaren ziel.
Dit gebeurt als volgt:
zoals de levende mens voelt of hij het koud of warm heeft, zo verneemt degene die uit ervaring de Heilige Geest heeft leren kennen, wanneer de genade in zijn ziel aanwezig is en wanneer de boze geesten naderen.
De Heer geeft aan de ziel het onderscheidingsvermogen om Zijn komst te herkennen, Hem lief te hebben en Zijn wil te doen. Zo zal de ziel eveneens de gedachten die van de vijand komen niet herkennen aan hun uiterlijke verschijningsvorm maar aan hun uitwerking op de ziel.
Deze kennis wordt door ervaring verworven; maar de vijanden bedriegen gemakkelijk degene die geen ervaring heeft.
De vijanden zijn door de trots gevallen; zij trekken ons daartoe ook aan en zij richten zich tot ons met lofuitingen. En wanneerd de ziel deze lof aanneemt zal de genade zich terugtrekken totdat zij nederig gaat worden.
En zo leert de mens zijn hele leven lang de nederigheid van Christus. Totdat hij haar zich eigen heeft gemaakt, zullen de gedachten zijn ziel niet met rust laten en zal hij niet kunnen bidden met een reine geest
Uit: de Heilige Silouan