Bs'd
Jesaja 53 spreekt over “de knecht van God”. God spreekt daar, en hij spreekt daar over “mijn knecht”.
Nou is mijn vraag: “Als God het heeft over zijn knecht, heeft hij het dan over zichzelf, of over iemand anders?”
Onder degenen die een fout antwoord geven wordt het boek “De Idioot” van Dostojevski verloot.
Eliyahu = "Mijn God is J-H-W-H
“Hoor Israel, J-H-W-H is onze God, J-H-W-H is ÉÉN!”
Deut 6:4
“Want alle volkeren wandelen elk in de naam van zijn god, maar wij zullen wandelen in de naam van J-H-W-H onze God, voor eeuwig en altijd!”
Micha 4:5